hoofdzin, bijzin en voegwoorden
Een hoofdzin
(Hauptsatz) is een zelfstandige zin. Een bijzin
(Nebensatz) is een afhankelijke zin en kan niet bestaan zonder een hoofdzin. Een ander verschil tussen een hoofdzin en een bijzin is de woordvolgorde. In een hoofdzin staat de persoonsvorm meestal op de tweede plaats. In een bijzin staat de persoonsvorm meestal verder naar achteren. Een bijzin wordt met de hoofdzin verbonden door een voegwoord. Bijvoorbeeld:
Ik vertrouw die politicus niet, omdat hij al vaak gelogen heeft.
Je moet niet zo schreeuwen, omdat hij een fout heeft gemaakt .
Veel voorkomende voegwoorden zijn: omdat (weil) en want (denn).