Herhaling hoofdstuk 5 en 6

Vandaag:
Laatste les voor de toets
Kader: hoofdstuk 5 produceren maar
Basis: hoofdstuk 6 productie en markt
Wat heb je nodig: 
Tablet
Boek
Papier/schrift
Rekenmachine


Leg je spullen alvast klaar!
1 / 12
next
Slide 1: Slide
Economie en OndernemenMiddelbare schoolvmbo k, havoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vandaag:
Laatste les voor de toets
Kader: hoofdstuk 5 produceren maar
Basis: hoofdstuk 6 productie en markt
Wat heb je nodig: 
Tablet
Boek
Papier/schrift
Rekenmachine


Leg je spullen alvast klaar!

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen:
2 opdrachten maken
Vragen oefenen 
Examentraining maken

Slide 2 - Slide

Opdracht:
Iedereen zoekt 2 begrippen op en schrijft deze op. 
Vervolgens krijg je een paar minuten de tijd om deze te leren.
Daarna ga je deze begrippen de klas uitleggen.
timer
3:00

Slide 3 - Slide

Opdracht 2
Basis: Zoek de volgende berekeningen/begrippen op en schrijf deze op:
Volgorde bedrijfskolom 
Berekening omzet en inkoopwaarde
Berekening verkoopprijs en consumentenprijs 
Berekening arbeidsproductiviteit 
Kader: Zoek de volgende berekeningen/begrippen op en schrijf deze op:
Volgorde bedrijfskolom 
Berekening afschrijving 
Berekening omzet en nettoresultaat 
Berekening verkoopprijs en consumentenprijs 
Berekening arbeidsproductiviteit 
Berekening marktaandeel 

Slide 4 - Slide

De verkoopprijs zonder btw van een smartphone is €249,- De btw is 21%. Bereken de consumentenprijs. Tip: maak gebruik van een verhoudingstabel.
A
€52,29
B
€301,-
C
€301,29
D
€52,-

Slide 5 - Quiz

Jan heeft een winkel in kleding. Hij koopt een spijkerbroek in voor 19,99. De brutowinstmarge is 60%. Wat is de verkoopprijs van de broek?
A
€32,-
B
€31,98
C
€31,-
D
€11,99

Slide 6 - Quiz

Een bakker verkoopt per week 175 broden. De verkoopprijs van een brood is €2,10. Wat is de omzet van deze bakker?
A
€2210,-
B
€367,50
C
€367,-
D
€368,-

Slide 7 - Quiz

De inkoopwaarde van een kaasbroodje is €1,25. Je Inkoopwaarde van de omzet is €2.187,50. Hoeveel kaasbroodjes heb je verkocht?
A
1700
B
1650
C
1800
D
1750

Slide 8 - Quiz

Door elke bewerking wordt het product telkens een beetje meer waard.
A
Productiewinsten
B
Produceren
C
Bedrijfskolom
D
Toegevoegde waarde

Slide 9 - Quiz

Machines nemen het werk over van mensen.
A
Mechanisatie
B
Automatisering

Slide 10 - Quiz

Koppel de juiste beloning aan de productiefactoren.
Natuur
Arbeid
Kapitaal
Onder-nemer-
schap
SALARIS
RENTE
WINST
PACHT

Slide 11 - Drag question

Maken en eventueel thuis oefenen :
Kader: blz 184-185
Basis: blz 154-155

Slide 12 - Slide