SCC M10 L3 Woordtekens

Spelling en woordvorming
M10 L3 woordtekens
1 / 22
next
Slide 1: Slide
NederlandsSecundair onderwijs

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 10 min

Items in this lesson

Spelling en woordvorming
M10 L3 woordtekens

Slide 1 - Slide

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
voltooiïng
B
smeuig
C
egoïst
D
glooing

Slide 2 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
radio-uitzending
B
radioüitzending
C
radio uitzending
D
radiouitzending

Slide 3 - Quiz

Tot welk woordvormingsprincipe behoort radio-uitzending?
A
samenstelling met twee grondwoorden
B
samenstelling die geen zelfst. nmw. is
C
samenstelling van een grondwoord en een afleiding
D
afleiding van een samenstelling

Slide 4 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
aspirine-achtig
B
aspirine achtig
C
aspirineachtig
D
aspirineächtig

Slide 5 - Quiz

Tot welk woordvormingsprincipe behoort aspirineachtig?
A
samenstelling met twee grondwoorden
B
samenstelling die geen zelfst. nmw. is
C
samenstelling van een grondwoord en een afleiding
D
afleiding van een samenstelling

Slide 6 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
oudleerling
B
sintbernardshond
C
anti-Irakees
D
anti-diefstal

Slide 7 - Quiz

Tot welk woordvormingsprincipe behoort anti-Irakees?
A
samenstelling met twee grondwoorden
B
samenstelling die geen zelfst. nmw. is
C
samenstelling van een voorvoegsel en een afleiding
D
afleiding van een samenstelling

Slide 8 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
mini-rok
B
minirok
C
mini rok

Slide 9 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
cowboy's
B
café's
C
Renés verdriet
D
Frie's glimlacht

Slide 10 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
secretaris-generaal
B
secretaris generaal
C
secretarisgeneraal

Slide 11 - Quiz

Tot welk woordvormingsprincipe behoort secretaris-generaal?
A
samenstelling met twee grondwoorden
B
samenstelling die geen zelfst. nmw. is
C
samenstelling van een voorvoegsel en een afleiding
D
afleiding van een samenstelling

Slide 12 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
vacuüm
B
museüm
C
financiëel
D
officiele

Slide 13 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
coëfficient
B
coëfficiënt
C
coefficiënt
D
co-efficient

Slide 14 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
gsms
B
cd-tje
C
pc-gebruiker
D
gps'systeem

Slide 15 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
foto's in zwartwit
B
foto's in zwart-wit
C
foto's in zwart wit

Slide 16 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
tante's huis
B
shampoo's
C
bureaus
D
cadeau's

Slide 17 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
nek-aan-nek-race
B
nek-aan-nek race
C
nek-aan-nekrace
D
nekaannekrace

Slide 18 - Quiz

Wat is de juiste schrijfwijze?
A
8-en
B
8'en
C
8en

Slide 19 - Quiz

Wat is de correcte schrijfwijze?
(a) creme de la creme

Slide 20 - Open question

Tot welk woordvormingsprincipe behoort crème de la crème?

Slide 21 - Open question

Slide 22 - Slide