reactievergelijking

Leerdoelen

je leert;
Wat een reactievergelijking is

1 / 19
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Leerdoelen

je leert;
Wat een reactievergelijking is

Slide 1 - Slide

reactieschema ????
reactievergelijking???

Slide 2 - Slide

reactieschema:

water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)
reactievergelijking

2 H2O (l) -> 2 H2 (g) + O2(g)

Slide 3 - Slide

Bij een chemische reactie
  1. Vallen de moleculen uit elkaar
  2. van de atomen worden nieuwe moleculen gemaakt
  3. de atomen worden opnieuw gerangschikt
  4. alle atomen blijven, er raakt niks zoek/kwijt

Slide 4 - Slide

Reactieschema of vergelijking?
De reactieschema = in woorden
water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)
Reactievergelijking = in moleculen
2 H2O (l) -> 2 H2 (g) + O2(g)

Slide 5 - Slide

We gaan naar molecuulniveau
Let op waterstof, H en zuurstof O komen nooit alleen voor (rijtje blz 75 onderaan)

dus:

Slide 6 - Slide

Dus 
+
= fout
water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)
 = goed

Slide 7 - Slide

dit is zijn dus de moleculen:
water (l) -> Waterstof (g) + Zuurstof (g)

Slide 8 - Slide

volgende stap
We maken van het reactieschema:
water (l) -> waterstof (g) + zuurstof (g)
een reactievergelijking

2H2O (l) -> 2H2 (g) + 1O2 (g)
ook hier weer, de 1 laat je weg

Slide 9 - Slide

De reactievergelijking
  1. Moet kloppend zijn
  2. Links en rechts moet je evenveel atomen hebben van dezelfde soort hebben

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Bij een reactie vallen de moleculen uit elkaar
juist
onjuist

Slide 12 - Poll

In een reactieschema staan molecuulformules
juist
onjuist

Slide 13 - Poll

Bij een reactie gaan atomen verloren
juist
onjuist

Slide 14 - Poll

In een reactievergelijking geef je de fase van stoffen aan
juist
onjuist

Slide 15 - Poll

De coefficient 1 laat je in de reactievergelijking staan
juist
onjuist

Slide 16 - Poll

Met een reactieschema bedoelen we de reactie in
A
woorden
B
atomen
C
molecuulformules
D
geen idee

Slide 17 - Quiz

wat betekent kloppend maken?
A
Links en rechts van de pijl heb je evenveel atomen
B
links en rechts van de pijl heb je evenveel moleculen
C
links en rechts hen je evenveel atomen van elke atoomsoort staan
D
links en rechts van de pijl schrijf je de namen van beginstoffen en reactieproducten op

Slide 18 - Quiz

Slide 19 - Link