3.3 zeestromen en klimaatgebieden

3.3 Zeestromen en klimaatgebieden


H3 Klimaat en landschap
Domein aarde
4H
1 / 40
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 40 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

3.3 Zeestromen en klimaatgebieden


H3 Klimaat en landschap
Domein aarde
4H

Slide 1 - Slide

Leerdoelen 
✅  Je kan oorzaken en gevolgen van warme en koude zeestromen benoemen.
✅ Je kan een klimaatgrafiek lezen.
✅ Je kan de klimaatfactoren noemen en met behulp van de klimaatfactoren het klimaat van  een specifiek gebied verklaren.
✅ Je kan op een klimaatkaart zonder legenda het juiste klimaat in bepaalde gebieden aangeven.



Slide 2 - Slide

Zeestromen

Slide 3 - Slide

Oceanische circulatie
aangedreven door de atmosferische circulatie

  • Warme zeestroom: van evenaar naar polen
  • Koude zeestroom: van polen richting evenaar

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat valt op aan het water bij woestijnen?

Slide 6 - Slide

Wat valt op aan het water bij Antarctica?

Slide 7 - Slide

Herverdeling warmte
Atmosferische en oceanische circulatie

Atmosferische circulatie logisch
Maar hoe werkt dit met de oceanische circulatie?

Slide 8 - Slide

Zowel zeestromen als windstromen hebben op het noordelijk halfrond een afwijking naar links
A
juist
B
onjuist

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

          Aangeven welke invloed atmosferische circulatie en zeestromen hebben op klimaat- en landschapsgebieden
  • Warme zeestroom: zorgt voor warmte, regen en ijsvrijehavens tot aan Moermansk toe

  • Koude zeestroom: zorgt voor extra koud klimaat. In subtropen: voorkomen woestijnen; koude zeewater koelt de lucht erboven af, waardoor deze weinig vocht kan vasthouden.

Slide 12 - Slide

Zeestromen

  • Zeestromen volgen de overheersende windrichting! (althans aan de oppervlakte)
  • Warme zeestromen (vanuit een warm gebied
  • Koude zeestromen (vanuit een koud gebied)

Slide 13 - Slide

Oceanische circulatie: zeestromen

Slide 14 - Slide

Bonus: Thermohaliene circulatie

Slide 15 - Slide

Thermohaliene circulatie
Thermo = temperatuur
Haliene = zoutgehalte

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Slide 18 - Slide

Klimaatgebieden

Slide 19 - Slide

Wat is een klimaatgebied?

Slide 20 - Slide

Klimaatgebied:
Groot gebied met hetzelfde klimaat (vaak aan de hand van Köppen)

Slide 21 - Slide

Klimaatfactoren
Spreiding van klimaten worden bepaald door drie klimaatfactoren:

1. Breedteligging (afstand tot evenaar)
2. Hoogteligging (hoger is kouder; loef- en lijzijde)
3. Type oppervlak (en soorten zeestromen)

Slide 22 - Slide

Hoe werkt de klimaatclassificatie van Köppen?

Slide 23 - Slide

Klimaattypes
A: 
B: 
C:
D:
E:

Slide 24 - Slide

Klimaattypes
A: Tropisch ->
B: Droog ->
C: Zee ->
D: Land ->
E: Polair ->

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Oefening klimaatgrafieken


Geef per grafiek aan welk klimaat erbij hoort volgens Köppen

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

antwoorden 

  1. Cf
  2. EF
  3. Aw/Am
  4. Cs
  5. Af
  6. BW


7. Df
8. EH
9. CW
10. Af
11. ET
12. Cf 

Slide 40 - Slide