Test jezelf 3.3

Herhalingsvragen
Weet je iets niet?

Zoek het op!
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slide.

Items in this lesson

Herhalingsvragen
Weet je iets niet?

Zoek het op!

Slide 1 - Slide

Welk begrip wordt bedoeld?
A
antisemitisme
B
militarisme
C
persoonsverheerlijking
D
nationalisme

Slide 2 - Quiz

De Tweede Wereldoorlog had twee bondgenootschappen: de geallieerden en de asmogendheden.
Welk land hoorde bij welke kant? Eentje is al ingevuld.
Asmogendheden
Geallieerden

Slide 3 - Drag question

Welke conferentie past bij de 'proberen vrede te bewaren'?
A
Conferentie van Jalta
B
Conferentie van Potsdam
C
Wannsee conferentie
D
Conferentie van Munchen

Slide 4 - Quiz

'Massale moord op joden tijdens de Tweede Wereldoorlog'

Welk begrip (woord) hoor bij bovenstaande omschrijving?

Slide 5 - Open question

Hieronder staan 4 kaarten van operaties in de Tweede Wereldoorlog. Klik op de kaartjes om ze groter te maken.

Zet ze in de juiste volgorde door de gele vakjes met de cijfertjes op de kaartjes te slepen. De 1 sleep je naar de eerste operatie, de 2 naar de tweede, etc. 
1
2
3
4

Slide 6 - Drag question

Hoe wordt de overname van Oostenrijk genoemd?
A
Anschluss
B
Conferentie van Munchen
C
Oorlog
D
D-Day

Slide 7 - Quiz

Sleep in de juiste volgorde. Begin bij het het langst geleden is.
1
2
3
4
5
De Eerste Wereldoorlog eindigt met het Verdrag van Versailles 
De crisis begint. 
De Eerste Wereldoorlog begint 
Hitler komt aan de macht en begint de Tweede Wereldoorlog.
De Tweede Wereldoorlog eindigt met de twee atoombommen in Japan. 

Slide 8 - Drag question

Waarom viel Japan Pearl Harbor aan?
A
Pearl Harbor bezat veel grondstoffen.
B
VS uitschakelen zodat Japan zijn gang kon gaan in Azië.
C
Pearl Harbor lag lekker dichtbij om aan te vallen.
D
Japan dacht dat de VS makkelijk te verslaan was.

Slide 9 - Quiz

1941
1939
1940
1941
1944
Blitzkrieg
Aanval op SU
Pearl Harbor
Polen
D-Day

Slide 10 - Drag question

Waarom kun je de Slag bij Stalingrad een keerpunt noemen in de oorlog?

Slide 11 - Open question

Successen voor Nazi-Duitsland en Japan
Successen voor de geallieerden
1939
Polen wordt aangevallen
1940
aanval op Nederland, Belgie, Luxemburg en Frankrijk
22 juni 1941
Operatie Barbarossa
7 december 1941
aanval op Pearl Harbor
10 januari 1942
Nederlands-Indie wordt aangevallen
6 juni 1944
D-Day
1942-1943
Slag om Stalingrad
30 april 1945
Hitler pleegt zelfmoord
6 augustus 1945
atoombom op Hiroshima

Slide 12 - Drag question

Welke gebeurtenis vormt het einde van de Tweede Wereldoorlog?
A
De slag om Stalingrad
B
D-day
C
De dood van Hitler
D
De Japanse overgave na de Amerikaanse atoombommen-aanval

Slide 13 - Quiz