CCL2e herhaling anatomie en fysiologie van het hart

CCL 2e parameters en eerste hulp
Cardiologie
Mevr. Lossie
1 / 30
next
Slide 1: Slide
AnatomieHoger onderwijs

This lesson contains 30 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 100 min

Items in this lesson

CCL 2e parameters en eerste hulp
Cardiologie
Mevr. Lossie

Slide 1 - Slide

Waarom cardiologie?
1. Hart  is een onmisbaar orgaan

2. H& VZ hoge morbiditeit en  mortaliteit in België

3. Kennis is belangrijk om als VK mee te helpen bij de   preventie,  het herkennen en het opvolgen van H&VZ

Slide 2 - Slide

Anatomie hart en bloedvaten

Slide 3 - Slide

Hoeveel liter bloed bevindt zich in de circulatie?
A
3 liter
B
10 liter
C
7 liter
D
5 liter

Slide 4 - Quiz

Wat is de naam van de ruimte waar het hart zich bevindt?
A
Het pericardium
B
Het mediastinum
C
De pleura
D
De thorax

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Benoem cijfer 2
A
Borstbeen
B
vaatsteel
C
diafragma
D
hartpunt

Slide 7 - Quiz

Teken het hart met de verschillende onderdelen.

1 iemand aan het bord 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Rechter atrium
= rechter voorkamer 
Komen de bovenste en onderste holle ader toe 
= vena cava superior
= vena cava inferior 

Slide 10 - Slide

Rechter ventrikel 
= rechter kamer 
tussen Re atrium en ventrikel = tricuspidalisklep 

Hier vertrekt de truncus pulmonalis met pulmonalisklep die zich splitst in 2 longslagaders (a. pulmonalis) 

Slide 11 - Slide

Linker atrium
= linker voorkamer 

Hier monden de 4 venae pulmonales uit 
(geen kleppen) 

Slide 12 - Slide

Linker ventrikel 
= linker kamer 

Tussen linker atrium en linker ventrikel 
= mitralisklep 

Vertrek van de aorta(aortaklep) 

Slide 13 - Slide

Waar monden de vier longaders uit?
A
In de aorta
B
In de rechter voorkamer van het hart
C
In de linker voorkamer van het hart
D
In de longslagader

Slide 14 - Quiz

Wat gebeurt er met het bloed in de longen?
A
Voorzien van zuurstof en ontdaan van stikstof
B
Voorzien van zuurstof en ontdaan van koolstofdioxide
C
Voorzien van stikstof en ontdaan van zuurstof
D
Voorzien van koolstofdioxide en ontdaan van zuurstof

Slide 15 - Quiz

Welke ader ontvangt bloed van de lever, nieren en onderste ledematen?
A
Sleutelbeenader
B
Onderste holle ader
C
Aorta
D
Bovenste holle ader

Slide 16 - Quiz

Slide 17 - Video

Het hart bestaat uit 3 lagen. Welke?

Slide 18 - Open question

Bloedvoorziening van de hartspier

Slide 19 - Slide

De hartspier wordt voorzien van bloed door
A
aorta
B
a.pulmonalis
C
kransaders
D
kransslagaders

Slide 20 - Quiz

Wat zijn de kleinste vertakkingen. Hier is er uitwisseling mogelijk van stoffen
A
Venen
B
Arteries
C
Venules
D
Capillairen

Slide 21 - Quiz

Slide 22 - Video

Prikkelgeleiding 
De elektrische prikkel die de spiercellen in de atriums en de ventrikels laat samentrekken, ontstaat in het hart zelf.

Slide 23 - Slide

Wat is de gemiddelde hartslag in rust?
A
50 keer per minuut
B
90 keer per minuut
C
120 keer per minuut
D
70 keer per minuut

Slide 24 - Quiz

Waar ontstaat het impuls die het hart doet samentrekken
A
AV-knoop
B
Vezels van purkinje
C
Sinusknoop
D
Bundel van His

Slide 25 - Quiz

Wat gebeurt er tijdens de systole van een hartslag?
A
Bloedstroom stopt tijdelijk
B
Het samentrekken van het hart
C
Hartslag vertraagt
D
Het ontspannen van het hart

Slide 26 - Quiz

Systole en diastole 
Elke hartslag bestaat uit twee fases:
- de contractiefase (het samentrekken, de systole)
- de ontspanningsfase (de diastole)

Als de atriums samentrekken, ontspannen de ventrikels en als de ventrikels samentrekken, ontspannen de atriums.

Slide 27 - Slide

Teken de prikkelgeleiding op jullie tekening van het hart.

1 iemand aan het bord 

Slide 28 - Slide

Prikkelgeleidingssysteem 
zorgt ervoor: 
beide atriums tegelijk samentrekken;
de ventrikels pas samentrekken als de atriums leeg zijn;
beide ventrikels tegelijk samentrekken;

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide