hoofdstuk 1 de arbeidsmarkt

• bedrijfseconomie
• Secundair onderwijs

Is 'Cardoen' in deze situatie de werkgever of de werknemer?

1. werkgever
2. werknemer

In een vacature staat het aanbod van arbeid.

1. fout
2. juist

Wie valt er af na ronde 1?

1. Geert
2. Yassine
3. Philippe
4. Luc

Waar komt de vraag naar arbeid vandaan?

1. beroepsbevolking
2. werkgevers
3. werknemers
4. arbeidsmarkt

Als het aanbod van arbeid < vraag naar arbeid?

1. veel keuze voor de werknemer
2. weinig keuze voor de werknemer
3. veel keuze voor de werkgever
4. weinig keuze voor de werkgever

Als het aanbod van arbeid > vraag naar arbeid?

1. veel keuze voor de werknemer
2. weinig keuze voor de werkgever
3. veel keuze voor de werkgever
4. weinig keuze voor de werknemer

Wie valt er af na de tweede ronde?

1. Luc
2. Geert
3. Yassine

Waar ontmoeten werknemers en werkgevers elkaar?

Ruime Arbeidsmarkt        

Krappe arbeidsmarkt      

Welke situatie is voor jou gunstig als je klaar bent met studeren?

1. krappe arbeidsmarkt
2. ruime arbeidsmarkt

Bij een tekort op de arbeidsmarkt zijn er te veel ....

1. werklozen.
2. werknemers.
3. werkzoekenden.
4. banen.

Bij een overschot op de arbeidsmarkt is er...

1. veel keuze voor werknemer
2. weinig keuze voor werknemer
3. veel keuze voor werkgever
4. weinig keuze voor werkgever

Overschot op de arbeidsmarkt

Tekort op de arbeidsmarkt

Veel aanbod van arbeid

Weinig aanbod van arbeid

Veel vraag naar arbeid

Weinig vraag naar arbeid

Hoge lonen

Werkloosheid

Philippe

58 jaar

werkzoekende

Geert

verkoper

60 jaar

Yassine

27 jaar

buschauffeur

Luc

60 jaar

werkzoekend

Yassine, Luc, Geert en Philippe behoren tot de beroepsbevolking. Omschrijf dit begrip.

Wie behoort tot de beroepsbevolking?

aanbod van arbeid

Hoe noemt men de prijs die tot stand komt op de arbeidsmarkt?

Wie krijgt er een job aangeboden?

1. Luc
2. Geert