les 1 + 2 Voorkennis +3.2 Coördinaten In de ruimte

Welkom
Jassen uit
Maak de voorkennis van Hoofdstuk 3 blz. 138-139
1 / 23
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom
Jassen uit
Maak de voorkennis van Hoofdstuk 3 blz. 138-139

Slide 1 - Slide

Programma
  •  Toets terug + bespreken
  • Uitleg 3.2 
  • Oefenen Coördinaten in de ruimte
  • uitleg 3.3 
  • oefenen zijden berekenen

Slide 2 - Slide

Lesdoelen

  • Je leert coördinaten te noteren in de ruimte. 
  • Je leert wat een driedimensionaal assenstelsel is.
  • Je kunt de zijden van een driehoek berekenen

Slide 3 - Slide

Uitleg theorie

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Video

Coordinaten in de ruimte
x -as
y-as
z-as
(x, y, z)
Let op de haakjes om de coordinaten!

Slide 6 - Slide

Coordinaten in de ruimte
Driedimensionaal assenstelsel.
Er is nu ook een z-as.

F (5 ; 3 ; 4)

  • Welke coordinaten heeft Q?
  • En O?
  • Bij een hoogtekaart gebruik je ook 3 dimensies.

Slide 7 - Slide

Hoogtekaart

Slide 8 - Slide

Plaats in de ruimte met 3 coordinaten aangeven
Onthoud: VRO  en begin altijd in de Oorsprong!
  1.  1e coordinaat aantal stappen naar voren
  2.  2e coordinaat aantal stappen naar rechts
  3.  3e coordinaat aantal stappen omhoog

Slide 9 - Slide

Oefenen + nakijken
Maak van 3.2:

Opdracht 14 

Daarna afmaken voorkennis blz. 138,139
ook af?
Dan verder met opgave 15 tm 20

timer
3:00

Slide 10 - Slide

Theorie 3.3
  • Zijden berekenen met de stelling van Pythagoras;
  • Berekeningen met gelijkvormige driehoeken

Slide 11 - Slide

        Voorkennis
Werken met driehoeken
In ieder examen is één van de onderdelen werken met driehoeken.
In een driehoek kun je:

  • Hoeken berekenen (SOS/CAS/TOA)

  • Graden berekenen 

  • Zijden berekenen (SOS/CAS/TOA of Pythagoras)

  • Oppervlakte of omtrek berekenen (hoogtelijn tekenen)

Slide 12 - Slide

            Stelling van Pythagoras
Stelling van Pythagoras:
In een rechthoekige driehoek geldt:

Weet je twee zijde, dan kun je de derde zijde berekenen 
met de stelling van Pythagoras

Uitwerking:




Hoeken berekenen
uitleg 
Je hebt altijd twee stukjes informatie nodig om het 3e stukje uit te rekenen.

Bij het berekenen van hoeken in een figuur moet je dus zoeken naar de twee hoeken die je weet, daarna kun je de derde hoek berekenen.

In een driehoek geldt namelijk:

Weet je twee hoeken, dan kun je de derde uitrekenen
A+B+C=180°

Slide 13 - Slide

            Stelling van Pythagoras
Stelling van Pythagoras:
In een rechthoekige driehoek geldt:

Weet je twee zijde, dan kun je de derde zijde berekenen 
met de stelling van Pythagoras

Uitwerking:




werken met driehoeken
uitleg 
Die driehoek waar je mee werkt 'vertelt' jou wat je moet doen
Je weet zijden en hoeken  


Je werkt alleen met graden


Je werkt alleen met zijde


Je ziet een hoogtelijn
Goniometrie (SOS/CAS/TOA)
Hoek berekenen (eigenschappen driehoek)

Pythagoras
Oppervlakte of omtrek

Slide 14 - Slide

Pythagoras of Goniometrie
uitleg 
1. Maak een schets,  zet er SOS / CAS /TOA naast.

2. Uit welke hoek kijk je?
                                                Aanliggende zijde
3. Benoem je zijden:          Overstaande zijde
                                                Schuine zijde

4. Noteer je berekening (stappenplan):
Formule:
invullen:
Berekenen:
Je werkt alleen met de zijden van de driehoek

Slide 15 - Slide

Uitleg Stelling van Pythagoras
Stelling van Pythagoras:
In een rechthoekige driehoek geldt:

Weet je twee zijde, dan kun je de derde zijde berekenen 
met de stelling van Pythagoras

Uitwerking:




Slide 16 - Slide

Wat heb je nodig om Pythagoras te gebruiken?
A
een driehoek
B
een rechthoek
C
een crikel
D
een driehoek met een rechte hoek

Slide 17 - Quiz


SOS, CAS, TOA
of Pythagoras

























Slide














SOS, CAS, TOA of Pythagoras
A
SOS
B
CAS
C
TOA
D
Pythagoras

Slide 18 - Quiz

 Gelijkvormige driehoeken
     Het teken van gelijkvormigheid is       =>

Slide 19 - Slide

Gelijkvormigheid
A=E
C1=C3
B=D
dusABCEDC
ABC
EDC
AB=4,2
BC=3,8
AC=?
ED=?
DC=5,4
EC=6,8

Slide 20 - Slide

Gelijkvormigheid

Slide 21 - Slide

samen maken 
blz. 152 opgave 21

blz. 154 opgave 22

Daarna maken tm opgave 27

Slide 22 - Slide

Afsluiten
  •  Wat hebben we geleerd?
  • Huiswerk afmaken tm opgave 27

Slide 23 - Slide