What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Leertaak 1 en 2
Hoe zitten we erbij?
😒
🙁
😐
🙂
😃
1 / 18
next
Slide 1:
Poll
Triage theorie
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
18 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Hoe zitten we erbij?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 1 - Poll
Wat weet jij over triage
Slide 2 - Mind map
Bij de triage is het belangrijk dat de assistent denkt in:
A
Diagnoses
B
Toestandsbeelden
C
Urgenties
D
Ingangsklachten
Slide 3 - Quiz
Waar betekent het woord TRIAGE
A
Uitvragen
B
Klachten
C
Kleurcodes
D
Sorteren
Slide 4 - Quiz
Wat is het doel van triage? Meerdere antwoorden zijn mogelijk.
A
dat de patiënt de juiste zorg krijgt
B
diagnosticeren
C
om urgentie te bepalen bij een gezondheidsprobleem.
D
ontslaan van de patiënt uit de zorg
Slide 5 - Quiz
Wat betekent triage/triëren?
A
Agenda bijhouden.
B
Telefoon aannemen.
C
Het scheiden van materialen.
D
De urgentie van de hulpvraag bepalen.
Slide 6 - Quiz
Bij triage voor kinderen onder de 18 worden er extra vragen gesteld. Waarom is dat?
A
Omdat bij kinderen moeilijker te achterhalen is wat er is gebeurd
B
Om het kind gerust te stellen
C
Om mishandeling uit te sluiten
D
Omdat sommige kinderen gescheiden ouders hebben
Slide 7 - Quiz
Wat is belangrijker in de triage?
A
Te weten door welk insect er geprikt is
B
De locatie waar er geprikt is
Slide 8 - Quiz
Na inschrijving bij de balie volgt 'triage'. Wat is triage?
A
Een methode om ernst en urgentie van de situatie te bepalen
B
Een manier om naw gegevens te achterhalen
C
Alvast bloed afnemen en bloeddruk meten
D
Een manier om patiënt gerust te stellen
Slide 9 - Quiz
Wat is de definitie van Triage?
A
Indelen
B
Sorteren
C
Verdelen
D
Schiften
Slide 10 - Quiz
Welke urgentie hoort bij voorlichting en advies
A
U3
B
U4
C
U5
D
U2
Slide 11 - Quiz
www.thuisarts.nl
Slide 12 - Link
Wie voert triage uit? Meerdere antwoorden zijn mogelijk.
A
verpleegkundige
B
mantelzorg
C
teammanager
D
doktersassistente
Slide 13 - Quiz
De triagewijzer wordt gebruikt bij:
Meerdere antwoorden zijn mogelijk.
A
een huisarts
B
een polikliniek
C
een huisartsenpost
D
een ambulance
Slide 14 - Quiz
Noteer een hv(hulpvraag)
Slide 15 - Mind map
Een U3 urgentie betekend?
(binnen hoeveel uur gezien worden?)
Slide 16 - Open question
Noem 3 checklistvragen
Slide 17 - Open question
Hoe vond je
deze les?
😒
🙁
😐
🙂
😃
Slide 18 - Poll
More lessons like this
Leertaak 1 en 2
December 2021
- Lesson with
18 slides
Triage theorie
MBO
Studiejaar 1
Quiz Gebruik triagewijzer periode 1.1
September 2021
- Lesson with
22 slides
Verpleging en verzorging
MBO
Studiejaar 1
Herhaling lt 1-5 triage
October 2020
- Lesson with
12 slides
Training triage
MBO
Studiejaar 1
Triage Wijzer aan de telefoon
March 2022
- Lesson with
20 slides
Training triage
MBO
Studiejaar 4
Triage Wijzer aan de telefoon
September 2024
- Lesson with
15 slides
Training triage
MBO
Studiejaar 4
Triagewijzer en Urgenties 1.1.1
August 2024
- Lesson with
22 slides
Triage
MBO
Studiejaar 1
Triage Wijzer aan de telefoon
September 2022
- Lesson with
15 slides
Training triage
MBO
Studiejaar 4
Triagewijzer en Urgenties
October 2023
- Lesson with
19 slides
Triage
MBO
Studiejaar 1