V5 Herhaling Leefomgeving - Stedelijke gebieden korte versie

VWO 5 - herhaling Leefomgeving 
"Stedelijke gebieden"
1 / 53
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

VWO 5 - herhaling Leefomgeving 
"Stedelijke gebieden"

Slide 1 - Slide

Als ik terugdenk aan het onderwerp "Stedelijke gebieden in Nederland", dan houd ik daar dit gevoel aan over...
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

De differentiatie binnen de Randstad, met name tussen noord- en zuidvleugel, beschrijven en analyseren.

De Randstad wordt opgedeeld in drie delen:
- het Groene Hart
- de Noordvleugel
- de Zuidvleugel

Hoe zat het ook alweer?
Beschrijf de verschillen tussen de Noordvleugel en de Zuidvleugel.

Slide 5 - Slide

Tweedeling Randstad: Noordvleugel

  • Meest dynamisch
  • Groot-Amsterdam: hoofdkantoren van internationale ondernemingen, financiële dienstverlening, creatieve ICT-bedrijven, toeristische sector, culturele en educatieve instellingen, en veel (inter)nationale tentoonstellingen en congressen.
  • Schiphol is mainport. Noordzeekanaal, Aalsmeer en Zaanstad van grote economische betekenis.
  • Groot-Utrecht: verkeersknooppunt (tussen Randstad, rest van Nederland en Europese achterland van de twee Nederlandse mainports). Congrescentra, universiteit en creatieve sector.

Slide 6 - Slide

Tweedeling Randstad: Zuidvleugel

  • Minder dynamisch en heeft een ander karakter.
  • Enorme logistieke draaischijf van het internationale goederenvervoer, gigantische concentratie van (petro)chemische industrie. Rotterdam is nu minder eenzijdig dan in het verleden door bekendheid als architectuurstad.
  • Groot-Den Haag is het nationale politieke centrum. Internationaal is Den Haag van belang: Internationaal Gerechtshof, het Joegoslaviëtribunaal, het Internationaal Strafhof, Europol, 
  • Congrescentra, universiteit en creatieve sector.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

H4 (en H3)
Vooral toepassen! In oude examens vaak vragen nav een bron / kaartje en (duurzaamheids)vraagstukken.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Leg uit welke invloed het groeikernenbeleid had op de bereikbaarheid van de stad (oorzaak-gevolg)

Slide 17 - Open question

Antwoord:
  • Door het groeikernenbeleid ging men wonen in de groeikern, maar bleef men werken in de grote stad (oorzaak, 1p)
  • waardoor de mobilitieit toenam / de files/congestie toenamen en de bereikbaarheid van de stad afnam (gevolg, 1p) 

Slide 18 - Slide

Daarnaast: groeikernen leiden ook tot meer files, dus graag meer wonen in de stad!

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Stadsvernieuwing en herstructurering
Wat zijn de verschillen? En de overeenkomsten?
Wat is een mogelijk gevolg van herstructurering?

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Opdracht
We gaan zometeen in sneltreinvaart een aantal locaties in verschillende steden langs, waarin grote vernieuwingen plaatsvinden. Daarna krijg je de volgende vraag:
- Benoem minstens drie gemeenschappelijke kenmerken van deze locaties.

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

- Benoem minstens drie gemeenschappelijke kenmerken van deze locaties.

Slide 35 - Open question

Slide 36 - Slide

Zet de wijken in de juiste chronologische volgorde 
(1 = het oudst)
flatwijk
arbeiders-wijk
woonerf
Vinexwijk
stads-centrum

Slide 37 - Drag question

Leefbaarheid
In beeld brengen van de leefbaarheid gebeurt aan de hand van een buurprofiel. Een buurtprofiel bestaat uit 3 onderdelen:
  1. woningkenmerken 
  2. bewonerskenmerken
  3. kenmerken van de woonomgeving

Mede op basis van dit buurtprofiel gaat een gemeente aan de slag met de leefbaarheid.

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Eigendom:
-Koopwoning
-Particuliere huurwoning
-Sociale huurwoning (via een woningbouwcorporatie)

Slide 40 - Slide

In welk type wijk is deze foto gemaakt?
A
oude arbeiderswijk
B
naoorlogse wijk
C
bloemkoolwijk
D
Vinex-wijk

Slide 41 - Quiz

Welke bewoners- en woningkenmerken uit het buurtprofiel horen bij deze wijk?
A
relatief veel koopwoningen, goede staat van onderhoud, relatief hoge inkomens,
B
veel sociale huurwoningen, veel gezinnen met kinderen, hoog percentage eengezinswoningen
C
veel sociale huurwoningen, hoog percentage inwoners met een migratieachtergrond, slechte staat van onderhoud
D
relatief lage inkomens, veel gezinnen met kinderen, hoog percentage inwoners met een westerse migratieachtergrond

Slide 42 - Quiz

Kenmerken van de woonomgeving
Naast 'woningkenmerken' en 'bewonerskenmerken' het derde aspect uit het buurtprofiel.

Bij een analyse van de woonomgeving wordt gekeken naar de leefbaarheid. Leefbaarheid bestaat uit verschillende aspecten:
  1. sociale (on)veiligheid
  2. de kwaliteit van de openbare ruimte
  3. sociale cohesie
  4. aanwezigheid van wijkvoorzieningen

Slide 43 - Slide

1. Sociale veiligheid

Slide 44 - Slide

Welk type sociale veiligheid hoort bij welke bron?
subjectieve (on)veiligheid
objectieve (on)veiligheid

Slide 45 - Drag question

1. Sociale veiligheid

Slide 46 - Slide

2. De kwaliteit van de openbare ruimte

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

3. Sociale cohesie

Slide 49 - Slide

4. Wijkvoorzieningen
Via de wijkvoorzieningen – zoals winkels, basisscholen of ontmoetingscentra – kan de sociale samenhang in een wijk beïnvloed worden. In buurthuizen kun je van alles organiseren, zoals culturele projecten of sportactiviteiten voor jongeren, taallessen of opvoedkundige ondersteuning voor nieuwkomers uit andere landen of een wijkbanenmarkt.

Slide 50 - Slide

Wat is de invloed van gentrificatie op de wijkvoorzieningen?
Door gentrificatieverandert de bevolkingsamenstelling. Er komen steeds meer mensen met hogere inkomens te wonen  (oorzaak, 1p), waardoor er steeds meer voorzieningen komen die aansluiten bij de hogere inkomensgroepen (gevolg, 1p)

Slide 51 - Slide

voor gentrificatie
na gentrificatie

Slide 52 - Slide

Als ik na deze les denk aan het onderwerp "Stedelijke gebieden in Nederland", dan houd ik daar dit gevoel aan over...
😒🙁😐🙂😃

Slide 53 - Poll