Niet-schriftelijke bronnen Dus ongeschreven bronnen
Slide 9 - Slide
Primaire bronnen
Primaire bronnen zijn gemaakt door mensen die direct betrokken waren bij een kwestie of situatie. Standplaatsgebondeheid is
belangrijk bij deze bronnen.
Bijvoorbeeld:
Ooggetuigen
Gebouwen
Overblijfselen
Slide 10 - Slide
Secundaire bronnen
Secundaire bronnen zijn (als het goed is) ontstaan op basis van informatie uit primaire bronnen. Deze bronnen komen vaak uit een andere tijd, de maker was niet zelf bij de gebeurtenis.
Bijvoorbeeld:
Slide 11 - Slide
Zelf bronnen gebruiken
Let goed op of jouw bron zelf ook (goede) bronnen gebruikt.
Check altijd meerdere bronnen.
Des te meer goede bronnen dezelfde informatie geven, hoe betrouwbaarder de informatie is!
Slide 12 - Slide
Hoe betrouwbaar?
Het denken van mensen in alle tijden wordt beïnvloed door de tijd waarin ze leven; woonplaats, familie, cultuur enz.
Standplaatsgebondenheid: het denken van mensen is gebonden aan tijd, plaats en positie.
Met andere woorden: jouw leven bepaalt hoe je kijkt naar de geschiedenis!
Slide 13 - Slide
Voorbeeld
1. Ik kies een hoofdvraag: Welke gevolgen zou 2,0 graden opwarming van de aarde hebben voor het leven op aarde?
2. Op google zoek ik naar: gevolgen 2,0 graden opwarming
Waarom stijgt het aantal slachtoffers van infectieziektes bij een opwarming van 2,0 graden?
Wat gebeurt er als de permafrost smelt?
Oriënteren
Inlezen: artikelen zoeken over de gevolgen van 2,0 graden opwarming.
Bronnen zoeken/slecteren: verdiepende bronnen zoeken over de verschillende gevolgen en een aantal geschikte uitkiezen.
Globaal informatie ordenen over de gevolgen: de belangrijkste gevolgen uitkiezen en daar een korte samenvatting van maken, bijvoorbeeld aan de hand van een mindmap.
Relevante deelvragen opstellen bij je onderwerp: bij ieder belangrijk gevolg een goede deelvraag bedenken.