Woordenschat hoofdstuk Taal

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Woordenschat hoofdstuk Taal

Rapper Jay stuurt dagelijks demo’s naar platenlabels en deelt actief video's op sociale media om door te breken.

1. Aan de weg timmeren
2. Een brug te ver zijn
3. Geen zoden aan de dijk zetten
4. Op de lange baan schuiven

Tom wil zijn schuur opruimen, maar stelt het steeds uit tot volgende maand.

1. Aan de weg timmeren
2. Een brug te ver zijn
3. Geen zoden aan de dijk zetten
4. Op de lange baan schuiven

Emma wilde naast haar baan en studie ook nog een webshop beginnen, maar merkte al snel dat het te veel werd.

1. Aan de weg timmeren
2. Een brug te ver zijn
3. Geen zoden aan de dijk zetten
4. Op de lange baan schuiven

Sara probeert haar kapotte fietsband steeds opnieuw te plakken, maar na elke poging loopt hij weer leeg.

1. Aan de weg timmeren
2. Een brug te ver zijn
3. Geen zoden aan de dijk zetten
4. Op de lange baan schuiven

Nadat Tom weken had gewacht, betaalde zijn vriend eindelijk het geleende geld terug.

1. Het hazenpad kiezen
2. Over de brug komen
3. Vele wegen leiden naar Rome
4. De gulden middenweg kiezen

Julia wilde kamperen, haar vriend liever een luxe hotel; uiteindelijk boekten ze een comfortabele blokhut.

1. Het hazenpad kiezen
2. Over de brug komen
3. Vele wegen leiden naar Rome
4. De gulden middenweg kiezen

Toen Daan de boze buurman zag aankomen, rende hij snel via de achterdeur weg.

1. Het hazenpad kiezen
2. Over de brug komen
3. Vele wegen leiden naar Rome
4. De gulden middenweg kiezen

Lisa wilde arts worden, maar koos uiteindelijk voor een studie verpleegkunde, wetend dat ze daarmee ook in de zorg kon werken.

1. Het hazenpad kiezen
2. Over de brug komen
3. Vele wegen leiden naar Rome
4. De gulden middenweg kiezen

De dealer vermoordde zijn concurrent

1. Een dijk van een baan hebben
2. De laan uitsturen
3. Van het padje af zijn
4. Uit de weg ruimen

Toen Bram midden in de nacht met zwemvliezen aan naar de supermarkt ging om pindakaas te kopen, wist hij dat het écht mis was.

1. Een dijk van een baan hebben
2. De laan uitsturen
3. Van het padje af zijn
4. Uit de weg ruimen

Wat is het geweldig om docent Nederlands op het Noordik Lyceum te zijn!

1. Een dijk van een baan hebben
2. De laan uitsturen
3. Van het padje af zijn
4. Uit de weg ruimen

Toen Bas voor de derde keer slapend achter zijn bureau werd gevonden, zette zijn baas hem meteen op straat.

1. Een dijk van een baan hebben
2. De laan uitsturen
3. Van het padje af zijn
4. Uit de weg ruimen

Zo doof als een...

Zo grijs als een

Zo slim als een ..

Zo glad als een ....

Zo koppig als een ...

Zo trots als een ....

.......... als een fakkel

als haringen in een ton....

.... als een kip zonder kop

..... als een mager speenvarken

.... als een otter

Als een paal boven water ....

....... als een rietje

..... als een stekker

Eva staarde uit het raam tijdens wiskunde, tot haar leraar haar naam riep en vroeg waar de les over ging.

1. Door de bomen het bos niet meer zien
2. Van de hoed en de rand weten
3. Over koetjes en kalfjes praten
4. Bij de les blijven

Toen Sara online naar nieuwe schoenen zocht, raakte ze volledig overweldigd door het enorme aanbod.

1. Door de bomen het bos niet meer zien
2. Van de hoed en de rand weten
3. Over koetjes en kalfjes praten
4. Hij heeft zijn lesje wel geleerd

Toen Lisa haar oude buurvrouw tegenkwam in de supermarkt, hadden ze het even over het weer en de nieuwe bloemen in de straat.

1. Hij heeft zijn lesje wel geleerd
2. Uit de school klappen
3. Over koetjes en kalfjes praten
4. Bij de les blijven

Toen de printer vastliep, wist iedereen meteen dat ze Bart moesten roepen; hij kende het apparaat door en door.

1. Door de bomen het bos niet meer zien
2. Van de hoed en de rand weten
3. Over koetjes en kalfjes praten
4. Bij de les blijven

Nadat Tim urenlang verdwaald was omdat hij eigenwijs zonder navigatie reed, ging hij voortaan altijd voorbereid op pad.

1. Hij heeft zijn lesje wel geleerd
2. Van de hoed en de rand weten
3. Iemand de les lezen
4. Bij de les blijven

Toen Max alweer te laat kwam, nam zijn baas hem stevig apart en vertelde hem dat dit echt de laatste keer was geweest.

1. Door de bomen het bos niet meer zien
2. Bij de les blijven
3. Iemand de les lezen
4. Uit de school klappen

Toen Jasper per ongeluk vertelde wie verliefd was op Emma, wist binnen een dag de hele klas het.

1. Door de bomen het bos niet meer zien
2. Bij de les blijven
3. Iemand de les lezen
4. Uit de school klappen

Maak een zin met daarin de woorden 'aanvankelijk' en 'vervolgens'

Welke bron kun je raadplegen als je wil weten wat het woord 'vocabulaire' betekent?

Geef een voorbeeld van een 'concreet' woord en een 'abstract' woord

Wat is je favoriete vakantieland? Licht je antwoord toe? (toelichten)

Maak een zin met het woord 'immers' ('immers' betekent hetzelfde als 'want/namelijk')

Noem iets op school waar je bezwaar tegen hebt. Beargumenteer je antwoord. (let op: iets, niet iemand..)

Probeer te achterhalen wie de oudste leerling in de klas is. Schrijf zijn of haar naam hier op..

Schrijf drie woorden op met betrekking tot de les Nederlands

Tijd om te evalueren: wat vond je van deze LessonUp?