Kader3ZW - Zakelijke brief - H3

• Nederlands
• Middelbare school
• vmbo b, k
• Leerjaar 3

Schrijven 3: Schrijven en scoren

Perron 3: De zakelijke brief

 

Lesdoelen:

Je weet wat de volgorde is van een zakelijke brief  .

Ik weet wat de afspraken en regels zijn bij een zakelijke brief.

Ik oefen met het schrijven van een zakelijke brief

Wanneer schrijf je hoofdletters?

1. Aan het begin van een zin.
2. Namen van mensen.
3. Namen van plaatsen.
4. Alle drie de antwoorden zijn juist.

Wat is een goede aanhef voor een zakelijke brief?

1. geachte Mevrouw Blankers
2. geachte mevrouw blankers
3. Geachte heer Van der Sloot,
4. geachte heer van der Sloot,

In de inleiding van een zakelijke brief staat:

1. Jezelf voorstellen, waarom je de brief schrijft
2. Kort maar krachtig alle informatie
3. Het onderwerp van de brief
4. De slotformule

Hoe begin je een zakelijke brief?

1. Plaatsnaam
2. Eigen adresgegevens
3. Aanhef
4. Naam afzender

Na de aanhef is de indeling van een zakelijke brief als volgt:

1. Aanhef - Kern - Slot
2. Inleiding - Kern - Slot
3. Inleiding - Slot - Slotformule
4. Kern - Slot - Slotformule

De "gegevens van de geadresseerde" zijn:

1. Jouw gegevens
2. De gegevens van degene waaraan je de brief stuurt
3. Het onderwerp
4. Het e-mailadres

In de kern van een zakelijke brief zet je...

1. de inleiding
2. alle informatie die je wilt vertellen
3. het onderwerp
4. de conclusie

Opbouw zakelijke brief

1. Jouw eigen naam en adres;
2. Plaats, datum;
3. Naam en adres van de ontvanger;
4. Onderwerp/Betreft;
5. Aanhef;
6. Inleiding;
7. Middenstuk/ Kern;
8. Slot;
9. Groet;
10. Handtekening en naam;
11. Bijlage(n).                                            Let op na ieder onderdeel een witregel!

Vragen Schrijfplan

• Wat voor soort tekst ga ik schrijven?
• Voor wie ga ik het schrijven?
• Wat wil ik bereiken met de tekst (hoofddoel)?
• Welke aanspreekvorm ga ik gebruiken?
• Wat is de hoofdgedachte?
• Wat is mijn aanhef?
• 
  

HW Schrijven en scoren

KBL

Perron 3: De zakelijke brief: maken opdracht 14 t/m 19, 21, 24 & 25 + 28 t/m 32. Opdracht 31 maak je in Word en lever je in via de mail ([e-mail]).