Engels schrijven formeel/informeel

Engels schrijven 
Doel: aan het einde van de les weet je het verschil tussen formeel en informeel schrijven. Je weet waar je op wordt beoordeeld bij een schrijftoets/examen. Je past je kennis toe.
1 / 13
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Engels schrijven 
Doel: aan het einde van de les weet je het verschil tussen formeel en informeel schrijven. Je weet waar je op wordt beoordeeld bij een schrijftoets/examen. Je past je kennis toe.

Slide 1 - Slide

Waar herken je een formele brief aan?

Slide 2 - Open question

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Wat de juiste aanhef?
A
Dear sir or madam,
B
Dear mister / mrs,
C
Dear Sir / Madam,
D
Dear Mr / Mrs,

Slide 6 - Quiz

Hoe vermeld je Nederland in de adressering?
A
holland
B
nederland
C
The netherland
D
The Netherlands

Slide 7 - Quiz

Als je in de aanhef een persoonsnaam hebt wat is dan de ondertekening?
A
Yours Faithfully,
B
Your sincerely,
C
Yours faithfully,
D
Yours sincerely,

Slide 8 - Quiz

Wat is de juiste datum?
A
3 - 3 - 2020
B
3 March, 2020
C
3 th March 2020
D
March 3rd 2020

Slide 9 - Quiz

Welke adres is correct?
A
Hyatt Hotel, Portman Square 30 ,WH1 7HB, Londen,Engeland
B
Hyatt Hotel, 30 Portman Square ,WH1 7HB London England
C
Hyatt Hotel , 30 Portman Square , London WH1 7HB ,England
D
Hyatt Hotel, Portman Square 30, London WH1 7HB

Slide 10 - Quiz

Als je een e-mail aan je manager moet schrijven, welke toon kies je dan?
A
Formeel
B
Informeel

Slide 11 - Quiz

Wat moet je met een hoofdletter schrijven in de tekst? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
I
B
maanden
C
dagen
D
elk zelfstandig naamwoord

Slide 12 - Quiz

Maak de opdracht formele brief
Blz 15 van de reader Engels Schrijven oefenboekje
Lever de opdracht voor het einde van de les in in teams, je krijgt persoonlijke feedback

Slide 13 - Slide