Révision V3 pour le test

• Frans
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Revision pour le test 

Ga zelf deze LessonUp door en kijk of de stof beheerst. 

Maar eerst: 

Une nouvelle chanson de Bigflo et Oli!

Kijk goed naar de clip, je zult meer van het liedje begrijpen dan je denkt. 

Je n'étais pas là, mais je n'ai rien raté.

= 

ik was er niet, maar ik heb niks gemist.

Révision pour le test

bijvoeglijk nw

ontkenningen

bezittelijke vnw

werkwoorden 

mannelijk meervoud

Mannelijk enkelvoud

vrouwelijk meervoud

vrouwelijk enkelvoud

+ s

+ E

+ es

+ niks

Quelle phrase n'est pas correcte?

1. Ce sont mes petites soeurs
2. Ce sont des profs sympas
3. J'ai de bonnes notes en français
4. Je mange ma petit-déjeuner.

Quelle phrase n'est pas correcte?

1. C'était une grand fête hier.
2. J'ai passé une bonne soirée
3. C' est une petite chambre
4. Voilà ma meilleure amie

Quelle phrase est correcte?

1. Je suis une personne indépendante.
2. Je suis une personne indépendant.
3. Je suis une indépendante personne.

l'adjectif

bijvoeglijk naamwoord

Plaats

voor of achter het zelfstandig naamwoord?

la jeune fille

la fille sportive

Vorm 

Het bijvoeglijk naamwoord vormt zich naar het zelfstandig naamwoord. 

Mannelijk enkelvoud +-  (petit)

Vrouwelijk enkelvoud + e (petite)

Mannelijk meervoud + s (petits)

Vrouwelijk meervoud +es (petites)

Comment dire en Français:
de geduldige leerlingen

Comment dire en Français:
ik heb zwart haar

Ontkenningen en français

ne/n' ..^{(1e werkwoord)}.. pas/ plus/ jamais/ rien/personne

Je suis allé en France

Mon père a un grand vélo

Quelle phrase n'est pas correcte?

1. Je ne suis pas enthousiaste
2. Il n'a rien fait pendant les vacances.
3. Je suis ne jamais allé aux Etats-Unis.
4. Je n'ai pas mangé de petit-déjeuner.

Quelles deux phrases ne sont pas correctes?

1. Je n'ai jamais régardé ce film
2. Il a rien choisi
3. Tu as ne pas vu mon portable?
4. Tu ne veux plus manger?

Geef ontkennend antwoord > niet
Tu joues au foot demain? > (Non, je ...)

Geef ontkennend antwoord > niet
C'est ton chien? > Non,

Bezittelijk voornaamwoord

richt zich op het woord waar het bij hoort

bv.

Zijn broer= son frère

Haar broer=son frère

Hun hond= leur chien

Hun honden=leurs chiens

mon/ma/mes

ton/ta/tes

son/sa/ses

notre/notre/nos

votre/votre/vos

leur/leur/leurs

Welke combinatie is onjuist?

1. mon frère, ma soeur, mes parents
2. notre chien, nos lapins, notre chat
3. ton ami, ton amie, ton grand-père
4. leur profs, votre amis, son parents

Hoe vertaal je:
"haar opa"?

1. sa grand-père
2. son grand-père
3. ta grand-père
4. le grand-père

Hoe zeg je in het Frans: mijn lievelingsgerecht?

Leer/ Herhaal nu de présent en de passé composé 

van regelmatige ww -er/ -ir/ re

en van 7 onregelmatige ww 

Présent regelmatige ww: 

leer de uitgangen die voor elke groep ww hetzelfde is 

-er ww: stam+ e, es, e, ons, ez, ent

-ir ww: stam+is, is, it, issons, issez, isent

-re ww:stam+ s, s,-, ons, ez, ent

Présent Onregelmatige ww:

stamp de vormen op volgorde in je hoofd

de passé composé maak je met een hulpwerkwoord >  

avoir / être in de présent

+ een voltooid deelwoord

Voltooid deelwoord van regelmatige werkwoorden eindigt op > (er= )joué/ ( ir= ) fini/  (re= ) vendu

Voltooid deelwoord van ONregelmatige werkwoorden 

être, avoir, aller, faire, prendre, vouloir, pouvoir:

été / eu / allé(e)(s) / fait / pris / voulu / pu 

( alleen aller wordt met être vervoegd )

Leertips

-Leer werkwoorden systematisch: bv met verbuga.eu, hang het werkwoordenstencil op. (Rode opzoekboekje p. 8, 9, 10 )

-Maak de oefentest (zie SPELO)

-Bestudeer de grammatica ( Rode opzoekboekje p. 4, 5, 6 en Kennen/kunnen document in SPELO )

-Leer het vocabulaire p. 30-31 module en je antwoorden van je moi document/mondeling