V4 Globalisering 1.1 (Les 2)

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Welkom allemaal!
Ga zitten volgens de plattegrond die we vorige les hebben gemaakt.

Leg je laptop dicht op tafel.
Pak ook je aantekeningenschrift.
1 / 23
next
Slide 1: Slide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

This lesson contains 23 slides, with text slides.

Items in this lesson

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Welkom allemaal!
Ga zitten volgens de plattegrond die we vorige les hebben gemaakt.

Leg je laptop dicht op tafel.
Pak ook je aantekeningenschrift.

Slide 1 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Welke drie aspecten van globalisering hebben we vorige les besproken?

Slide 2 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Na deze les kun je...

...de drie aspecten waarop we regio's indelen benoemen en uitleggen hoe we die gebruiken om landen te vergelijken.

Slide 3 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Cultureel

Slide 4 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Cultureel

Slide 5 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Cultureel
  • Maar mensen spreken vaak ook een tweede taal.
  • Die kan dienen als Lingua Franca
  • Engels
  • Sommige gebieden: Frans, Spaans, Maleis, Swahili

Slide 6 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Cultureel

Slide 7 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Politiek
  • Politiek systeem
  • Democratisch gehalte (Democratie-index)
  • Mensenrechten

Slide 8 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Economisch
Wat is het BBP?

Wat is het BBP/hoofd
(of: BBP/inwoner)

Slide 9 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
BBP (of BNP)
= al het geld dat in een land verdiend wordt
BBP/hoofd
BBP/aantal inwoners > gemiddelde inkomen per land

Slide 10 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
  • Het is een gemiddelde, de verschillen tussen inwoners kunnen heel groot zijn.

  • Het is een gemiddelde, de verschillen tussen regio's in een land kunnen heel groot zijn.

  • Niet alles wordt meegerekend in het BBP (informele sector)

  • De koopkracht kan sterk verschillen per land.
Wat is een nadeel van het BBP om landen te vergelijken?

Slide 11 - Slide

Koopkracht
= hoeveel je kunt kopen voor een bepaald bedrag

Armere landen hebben een hogere/lagere koopkracht dan rijke landen.
V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen

Slide 12 - Slide

Koopkracht
= hoeveel je kunt kopen voor 1 euro (of 1 dollar)

Armere landen hebben een hogere/lagere koopkracht dan rijke landen.
V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen

Slide 13 - Slide

Maar...

De koopkracht van een gemiddeld gezin in arme landen is veel lager dan de koopkracht van een gemiddeld gezin in rijke landen.
V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen

Slide 14 - Slide

Verdeling beroepsbevolking
  • Primaire sector
  • Secundaire sector
  • Tertiaire sector
V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen

Slide 15 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen

Slide 16 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Wat voor land is dit?

Slide 17 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen

Slide 18 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Wat is de verstedelijkingsgraad (of urbanisatiegraad)?

In wat voor landen in de verstedelijkingsgraad hoog?

Slide 19 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Hoe rijker een land, hoe hoger de verstedelijkingsgraad.


Maar...

Hoe armer een land, hoe hoger
het verstedelijkingstempo.

Slide 20 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Hoe komt het dat steden in arme landen zo snel groeien?
  • Verstedelijkingsgraad is laag, in rijke landen woont al bijna iedereen in een stad.

  • Mechanisatie van de landbouw

  • Bevolkingsgroei

Slide 21 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Na deze les kun je...

...de drie aspecten waarop we regio's indelen benoemen en uitleggen hoe we die gebruiken om landen te vergelijken.

Slide 22 - Slide

V4 AK - Globalisering: 1.1 De Wereld Indelen
Ga aan de slag met de LessonUp t/m slide 50.
Groen = moet je doen. Dit is de basisstof en is dus verplicht om door te werken.
Blauw= speciaal voor jou. Dit is de toepassing van de basisstof en is verplicht.
Rood=voor de vakidioot. Dit is extra verdieping over bepaalde onderwerpen. Deze dia's zijn niet verplicht, maar helpen je om de stof beter te begrijpen/inzicht te ontwikkelen.
Geel=herhaling. Dit is theorie die je al eerder in V4 of de onderbouw hebt gehad. De stof is niet verplicht om te herhalen, maar wordt wel bekend verondersteld. 

Slide 23 - Slide