Past Simple vs Present Perfect

Oefening
De oefeningen op de volgende pagina's laten je oefenen met de present perfect en past simple.
1 / 15
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3,4

This lesson contains 15 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Oefening
De oefeningen op de volgende pagina's laten je oefenen met de present perfect en past simple.

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Link

Slide 3 - Link

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Slide 6 - Slide

Ontkenningen-negations
Ontkenningen heten negations in het Engels.

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Ontkenningen in de Present Simple
Ontkeningen maak je in de Present Simple met:
He, she, it (the boy, the girl etc) doesn't en heel werkwoord.
He lives in Roosendaal. He doesn't live in Roosendaal.

We, you, they, I don't en heel werkwoord.
We live in Breda. We don't live in Breda.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Link

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Link

Test yourself
On the next pages, you can test yourself.
Present Perfect and Past simple.

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Link

Slide 15 - Link