This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
¡Bienvenido a la clase!
Slide 1 - Slide
Plan de hoy
Lunes, 5 de diciembre
1.MINIQUIZ signaalwoorden + 'vraagstellingen'
2. .CSE training: oefentekst 5 en 11 2018
3.. Quizlet signaalwoorden
Slide 2 - Slide
¿LIST@S?
¡EMPEZAMOS!
Slide 3 - Slide
Wat betekent: tampoco
A
weinig
B
echter
C
evenals
D
ook niet
Slide 4 - Quiz
Wat betekent: por lo tanto
A
dus
B
vanwege
C
daarom
D
tenminste
Slide 5 - Quiz
Wat betekent: sin embargo
A
echter
B
zonder tegenspraak
C
ongetwijfeld
D
als gevolg van
Slide 6 - Quiz
Wat betekent: por ejemplo
A
terwijl
B
daarom
C
bijvoorbeeld
D
met andere woorden
Slide 7 - Quiz
Wat betekent: a pesar de que
A
hoewel
B
ondanks
C
evenals
D
helaas
Slide 8 - Quiz
Vertaal in het Nederlands: hay que
Slide 9 - Open question
Hoe vertaal je "sirve mejor" in onderstaande zin?
¿Qué titulo sirve mejor para el texto?
Slide 10 - Open question
Vertaal in het Nederlands: se dice
Slide 11 - Open question
Vertaal in het Nederlands: párrafo
Slide 12 - Open question
Vertaal in het Nederlands: objetivo
Slide 13 - Open question
FIN DEL QUIZ
Slide 14 - Slide
CSE training
Lees tekst 5 en 11 van het examen 2018
Beantwoord de vragen in de quizlet
Slide 15 - Slide
19. Uit het interview met de Spaanse schrijfster Naiara Domínguez zijn vier vragen weggehaald. Zet deze op de juiste plaats door achter de nummers 1 tot en met 4 op het antwoordblad de juiste letter te plaatsen.
41. Je houdt van krokante pizza’s en wilt er zelf eentje bakken. Geeft de tekst een tip over toppings voor een krokante pizza? Zo ja, schrijf de eerste twee woorden op van de zin waarin deze tip staat. Zo nee, schrijf op ‘nee’.