What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Woche 3 Stunde 1 H2.du2 E Grammatik (B)
Je mag je telefoon bij je houden.
1 / 45
next
Slide 1:
Slide
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
This lesson contains
45 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
50 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Je mag je telefoon bij je houden.
Slide 1 - Slide
Lernziel
- Du kannst die Possesivpronomen nennen.
Slide 2 - Slide
studiewijzer
Slide 3 - Slide
Programm
Wiederholung Grammatik
Hausaufgaben korrigieren
Grammatik erklären
Hausaufgaben machen
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ eine
Soße
Fisch
Kaffee
Gläser
Messer
Flaschen
Slide 6 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ eine
Soße
die
eine
Fisch
Kaffee
Gläser
Messer
Flaschen
Slide 7 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ eine
Soße
die
eine
Fisch
der
ein
Kaffee
Gläser
Messer
Flaschen
Slide 8 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ (k)eine
Soße
die
(k)eine
Fisch
der
(k)ein
Kaffee
der
(k)ein
Gläser
Messer
Flaschen
Slide 9 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ (k)eine
Soße
die
(k)eine
Fisch
der
(k)ein
Kaffee
der
(k)ein
Gläser
die
keine
Messer
Flaschen
Slide 10 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ (k)eine
Soße
die
(k)eine
Fisch
der
(k)ein
Kaffee
der
(k)ein
Gläser
die
keine
Messer
das
(k)ein
Flaschen
Slide 11 - Slide
Aufgabe 18 Seite 155
der/ die/ das
ein/ (k)eine
Soße
die
(k)eine
Fisch
der
(k)ein
Kaffee
der
(k)ein
Gläser
die
keine
Messer
das
(k)ein
Flaschen
die
keine
Slide 12 - Slide
Aufgabe 19 Seite 155
eine
eine
keine
ein
eine
kein
Slide 13 - Slide
Aufgabe 20 Seite 156
(k)ein Fleisch
(k)ein Obst
keine Nudeln
(k)ein Gemüse
(k)eine Suppe
die Gabel
die Cola
(k)ein Brot
Slide 14 - Slide
Grammatik erklären
Slide 15 - Slide
Aufgabe 21 Seite 156
Slide 16 - Slide
Aufgabe 21 Seite 156
meine Familie
mein Bruder
meine Großeltern
dein Lieblingsessen
sein Lieblingsessen
ihr Favorit
unsere Eltern
euer Lieblingsessen
Slide 17 - Slide
ich
mijn
du
er
sie
es
sein-
zijn
wir
ihr
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Slide 18 - Slide
ich
mein-
mijn
du
er
sie
es
sein-
zijn
wir
ihr
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Slide 19 - Slide
ich
mein-
mijn
du
dein-
jouw
er
sie
es
sein-
zijn
wir
ihr
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Slide 20 - Slide
ich
mein-
mijn
du
dein-
jouw
er
sein-
zijn
sie
es
sein-
zijn
wir
ihr
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Slide 21 - Slide
ich
mein-
mijn
du
dein-
jouw
er
sein-
zijn
sie
ihr-
haar
es
sein-
zijn
wir
ihr
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Slide 22 - Slide
ich
mein-
mijn
du
dein-
jouw
er
sein-
zijn
sie
ihr-
haar
es
sein-
zijn
wir
unser-
onze
ihr
sie
ihr-
Sie
Ihr-
Slide 23 - Slide
ich
mein-
mijn
du
dein-
jouw
er
sein-
zijn
sie
ihr-
haar
es
sein-
zijn
wir
unser-
onze
ihr
euer-
jullie
sie
ihr-
hun
Sie
Ihr-
uw
Slide 24 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
Het rijtje moet je leren.
Er kan een -e achter het zelfstandig naamwoord komen, net als bij ein- en kein-
Slide 25 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
Het rijtje moet je leren.
Er kan een -e achter het zelfstandig naamwoord komen, net als bij ein- en kein-
M
V
O
MV
der
die
das
die
ein
eine
ein
keine
mein
meine
mein
meine
Slide 26 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
Het rijtje moet je leren.
Er kan een -e achter het zelfstandig naamwoord komen, net als bij ein- en kein-
dein Mann (m)
meine Mutter (v)
unser Haustier (o)
seine Schüler (mv)
Slide 27 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
Er kan een mannelijk bezittelijk voornaamwoord voor een vrouwelijk zelfstandig naamwoord staan en andersom.
(zijn) ____ Frau (v)
seine Frau (v)
(haar) ____ Lehrer (m)
ihr Lehrer (m)
Slide 28 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
Let op! Jullie wordt soms anders geschreven:
euer Vater
eure Mutter
Slide 29 - Slide
Bezittelijk voornaamwoord
(haar) ___ Garten (m)
ihr
(zijn) ___ Buch (o)
sein
(onze) ___ Lehrerin (v)
unsere
(uw) ___ Kleider (mv)
Ihre
(jullie) ___ Vater
euer
Slide 30 - Slide
Hausaufgaben
Machen:
Aufgabe 22 t/m 25 Seite 157 + 158
Lernen:
Grammatik A + B
Slide 31 - Slide
mijn
jouw
zijn
haar
onze
jullie
hun
uw
sein-
unser-
Ihr-
mein-
ihr-
ihr-
euer-
dein-
Slide 32 - Drag question
Mannelijk + onzijdig (uitgang)
vrouwelijk + meervoud (uitgang)
mein
deine
seine
ihr
unser
eure
ihre
Ihre
Slide 33 - Drag question
(jouw) ... Lehrer (m)
A
mein
B
meine
C
dein
D
deine
Slide 34 - Quiz
(haar) ... Buch (o)
A
sein
B
seine
C
ihr
D
ihre
Slide 35 - Quiz
(onze) ... Schule (v)
A
unser
B
unsere
C
euer
D
eure
Slide 36 - Quiz
(mijn) ... Pause (v)
A
mein
B
meine
C
dein
D
deine
Slide 37 - Quiz
(uw) ... Pommes (mv)
A
ihr
B
ihre
C
Ihr
D
Ihre
Slide 38 - Quiz
(zijn) ... Test (m)
A
sein
B
seine
C
ihr
D
ihre
Slide 39 - Quiz
(jullie) ... Meerschweinchen (o)
A
unser
B
unsere
C
euer
D
eure
Slide 40 - Quiz
(hun) ... Rechnung (v)
A
sein
B
seine
C
ihr
D
ihre
Slide 41 - Quiz
(mijn) ... Großeltern (mv).
Slide 42 - Open question
(haar) ... Cousin (m)
Slide 43 - Open question
(jouw) ... Freund (m)
Slide 44 - Open question
(uw) ... Enkel (m)
Slide 45 - Open question
More lessons like this
Bezittelijk naamwoord / Possesivpronom
January 2022
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
Week 18 (week 3 2025) Anfang Kapitel 5 Wortschatz + ein/eine en bezittelijk vnw
December 2024
- Lesson with
35 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 2
Bezittelijke vnw 24-3-2023
March 2023
- Lesson with
21 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
Bezittelijke vnw 24-3-2023
March 2023
- Lesson with
22 slides
Duits
Middelbare school
mavo
Leerjaar 1
H2b 12.1. bezit vnw, Lesen D
January 2023
- Lesson with
28 slides
Duits
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
week 3 juni
May 2024
- Lesson with
43 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
HNE Duits mavo 2 maandag 6 maart
March 2023
- Lesson with
19 slides
Duits
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
2C - wo070421
April 2021
- Lesson with
18 slides
Duits
Middelbare school
havo
Leerjaar 2