Leesv 4 KD Engels

Lezen op het mbo
1 / 24
next
Slide 1: Slide
EngelsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lezen op het mbo

Slide 1 - Slide

Ik vind in het Engels lezen
A
Moeilijk
B
Makkelijk
C
Soms moeilijk, soms makkelijk
D
Niet moeilijk of makkelijk

Slide 2 - Quiz

ERK-niveaus
Lezen en luisteren

S
KD 
VP

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Leesstrategiën:

* skimmen: tekst globaal doorlezen.

* scannen: tekst lezen op zoek naar specifieke info.

* intensief lezen: hele tekst goed doorlezen. 

Slide 6 - Slide

1


  • Beeld vormen van de tekst. 
  • Met wat voor soort tekst heb je te maken? 
  • Is het een advertentie, een ingezonden stuk, een artikel, enzovoort?
voor het lezen

Slide 7 - Slide


  • Skimmen: je gaat de tekst snel lezen, omdat je ongeveer wilt weten waar de tekst over gaat. Je doet dat door naar opvallende stukjes te kijken en van iedere alinea de eerste en de laatste zin te lezen.

  • Bij een vraag over de hele tekst, ga je skimmen. Je gaat zoeken naar aanwijzingen voor het antwoord.
2
Leesstrategieën

Slide 8 - Slide

  • Scannen: je moet zoeken naar bepaalde informatie. Als je dat gevonden hebt, hoef je de rest van de tekst niet te lezen.

  • Bij vragen naar bepaalde informatie, ga je scannen. Als de vraag bijvoorbeeld is hoeveel iets kost, ga je op zoek naar bedragen.
2
Leesstrategieën

Slide 9 - Slide

  • Intensief lezen: Hierbij neem je de tekst woord voor woord, regel voor regel, door.

  • Als er in een vraag regelnummers gegeven worden, is het vaak de bedoeling dat je de gehele alinea intensief leest. Dit geldt ook als er een alinea aangegeven is.
2
Leesstrategieën

Slide 10 - Slide

  • Bij meerkeuzevragen, staan de vragen gewoonlijk op volgorde van de tekst. Lees alleen de vraag en het stukje waar volgens jou het antwoord in staat. 

  • Probeer vervolgens zelf een antwoord te geven en vergelijk dat met de antwoorden die gegeven zijn. Kies dan het antwoord dat het meest op jouw antwoord lijkt. Kom je er niet uit, dan is het vaak een kwestie van een paar keer 'heen en weer' lezen.
2
Leesstrategieën

Slide 11 - Slide

Onbekende woorden
  • Bij lezen (en luisteren) heb je zelf geen invloed op de woorden die worden gebruikt. Je zult woorden tegenkomen die je niet kent. 

  • Als je te veel woorden niet kent (meer dan 10%), zul je moeite hebben met de tekst. Onbekende woorden hoeven echter niet altijd problemen op te leveren of opgezocht te worden in het woordenboek. 
2
Leesstrategieën

Slide 12 - Slide

Er zijn manieren om achter de betekenis van een woord te komen:
  • probeer de betekenis te raden door de hele zin goed te lezen.
  • kijk of het woord lijkt op een Nederlands woord of een andere taal die je kent.

  • Nee? lees verder 
2
Leesstrategieën

Slide 13 - Slide

Pitfalls Reading/Listening Exam
  • Valkuil 1: het staat wel in de tekst maar wordt niet gevraagd.
  • Valkuil 2: het is misschien wel zo, maar het staat er niet. 
  • Valkuil 3: woorden uit de tekst... en dus... 

  • Het antwoord bevat vaak een synoniem of omschrijving van informatie in de tekst.  Wees altijd achterdochtig bij antwoorden die veel woorden uit de tekst bevatten.

Slide 14 - Slide

Vertaal:
Hij is dol op lezen
A
He is fond of reading
B
He is fond of reads
C
He likes to read Shakespeare

Slide 15 - Quiz

Stappenplan examen lezen en luisteren

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Voor het lezen
  • bekijk de titel/tussenkop/plaatjes/inleiding
  • wat weet je al van het onderwerp?
  • raad wat je denkt te lezen in de tekst


Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

NuEngels
1 t/m 4 en de exam exercise van 7.1 Short articles
Exam practice Exam P

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide