Je kunt dus geen toets Nederlands kiezen in het herkansingsformulier (misschien dat er wel een toets staat (T07) maar deze hebben we geschrapt en wordt gecombineerd met (T10)
1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Periode 3 had 1 toets: formuleren
Deze is niet herkansbaar
Je kunt dus geen toets Nederlands kiezen in het herkansingsformulier (misschien dat er wel een toets staat (T07) maar deze hebben we geschrapt en wordt gecombineerd met (T10)
Slide 1 - Slide
Leesdossier
Jullie heb al twee boeken gelezen
Jullie moeten nog twee boeken
Inleveropdrachten: 1 na de meivakantie
1 rond toetsweek 4
Slide 2 - Slide
periode 4
- een betoog (T08)
- woordenschat (T09)
- tekst met vragen (T10)
Slide 3 - Slide
De lessenverdeling
Fysiek (dinsdag): argumenteren
Online (donderdag): woordenschat
Slide 4 - Slide
Vandaag
Start woordenschat (blz 174)
Slide 5 - Slide
https:
Slide 6 - Link
1. Woordraadstrategieën
Waarom?
- Je hoeft dan niet elk woord op te zoeken, dit scheelt tijd (bijvoorbeeld op je examen) en je aandacht blijft bij de tekst.
Wanneer pak je het woordenboek?
- Als de betekenis niet duidelijk wordt uit de context en je daardoor de tekst niet kunt begrijpen
Slide 7 - Slide
strategieën
een synoniem
een tegenstelling
een voorbeeld
een omschrijving
een afbeelding
woorddelen
(woordenboek)
Slide 8 - Slide
Opdracht 1
Slide 9 - Slide
1. flexibel
timer
1:00
Slide 10 - Open question
2. domineerden
timer
1:00
Slide 11 - Open question
3. comfortabel
timer
1:00
Slide 12 - Open question
4. kampt met
timer
1:00
Slide 13 - Open question
5. particulier
timer
1:00
Slide 14 - Open question
6. branche
timer
1:00
Slide 15 - Open question
7. vitaliteit
timer
1:00
Slide 16 - Open question
8. schaarste
timer
1:00
Slide 17 - Open question
9. gebrekkig
timer
1:00
Slide 18 - Open question
10. cynisch
timer
1:00
Slide 19 - Open question
11. gestoeld op
timer
1:00
Slide 20 - Open question
12.poortwachter
timer
1:00
Slide 21 - Open question
Slide 22 - Slide
Voor de toets woordenschat moet je van alle woorden uit de opdrachten de betekenis kennen! Dus ook deze woorden.
Als je slim bent, begin je nu al met leren. Dan is het aan het eind niet een heel grote berg woorden.