Vervolg artikel schrijven (les 2)

1 / 24
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Doelstelling:
Aan het einde van deze les: 

1. Weet je hoe een artikel is opgebouwd
2. Kun je zelf een artikel schrijven (schrijfplan)

3. Weet je hoe je hoe en waar je hoofdletters gebruikt

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Lesdoel: zelf schrijfplan maken

Slide 4 - Slide

Schrijfplan
Tekstdeel
Alinea
Deelonderwerp
Kernzin
Steekwoorden
Inleiding
1
Introductie onderwerp en hoofdgedachte
Middenstuk
2
3
4
Slot
5
Conclusie

Slide 5 - Slide

Schrijfopdracht 

Je coach heeft je gevraagd een kort artikel over je opleiding te schrijven, zodat studenten van andere opleidingen een beeld krijgen van de opleiding.

Slide 6 - Slide

De volgende vragen helpen je het verslag te schrijven;
W en H vragen;
• Hoe heet de opleiding die je volgt?
• Wat leer je? Welke vakken heb je?
• Waar kun je gaan werken als je klaar bent?
• Waarom ben je deze opleiding gaan volgen?
• Wat vind je leuk en wat minder leuk?

En verder …
• Verzin een pakkende titel voor het artikel.
• Gebruik signaalwoorden.
• Maak een duidelijke alinea-indeling.
• Zoek een afbeelding die de tekst versterkt.

Slide 7 - Slide

Hoe je te werk gaat
  1. Je maakt zelfstandig deze opdracht  (2 lessen)
  2. Je wisselt uit met een medestudent als je klaar bent.
  3. Je voorziet elkaar van feedback door tips en tops te geven

Vergeet dus niet je bestand op te slaan! 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Een hoofdletter of niet?
A
's middags kregen we bezoek.
B
'S middags kregen we bezoek.
C
's Middags kregen we bezoek.

Slide 10 - Quiz

Een hoofdletter of niet?

Geachte..........
A
Mevrouw S. De Graaf
B
mevrouw S. De Graaf
C
mevrouw S. de Graaf
D
mevrouw s. de Graaf

Slide 11 - Quiz

Wel met een hoofdletter
Niet met een hoofdletter
vrijdag
september
janne
zomer
zuiden
rabobank
noord-brabant
nederlands

Slide 12 - Drag question


Waar moet de hoofdletter staan?
A
‘S nachts slaap ik.
B
‘s Nachts slaap ik.
C
‘S Nachts slaap ik.
D
‘s nachts Slaap ik.

Slide 13 - Quiz

Hoofdletter of niet?
A
januari
B
Januari

Slide 14 - Quiz

zomer
bioscoop
april
menno
cambuur
dalmatiër
hema
adidas
Met hoofdletter
Zonder hoofdletter

Slide 15 - Drag question

Met of zonder hoofdletter?

een kerstkaart
A
Hoofdletter
B
Geen hoofdletter

Slide 16 - Quiz

Hoofdletter of niet?
A
zuid-Holland
B
Zuid-Holland

Slide 17 - Quiz

Wat schrijf je NIET met een hoofdletter?
A
aardrijkskundige namen
B
namen
C
namen van volkeren
D
tijdperken

Slide 18 - Quiz

istanbul
unicef
de amerikanen
het noorden
kerstmis
kerstvakantie
zaterdag
Met hoofdletter
Zonder hoofdletter

Slide 19 - Drag question

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
thee
B
milka chocolade
C
winter
D
kerstbal

Slide 20 - Quiz

Ik kan een artikel schrijven
😒🙁😐🙂😃

Slide 21 - Poll

Ik weet wanneer ik hoofdletters moet gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 22 - Poll

Meer uitleg nodig?

Instructiefilmpjes op YouTube!

Slide 23 - Slide

Dank je wel 
voor het meedoen!

Slide 24 - Slide