6.2. Vriend en vijand in Berlijn 1945-1949

6. Vriend en Vijand in Berlijn
1 / 51
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

This lesson contains 51 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

6. Vriend en Vijand in Berlijn

Slide 1 - Slide

Kenmerkende aspecten 
Wat oefen je? 

Herkennen

Slide 2 - Slide

Welk kenmerkend aspect uit H6 past bij deze afbeelding?

Bron 1 - De overwinning van het Vijfjarenplan is een klap voor het kapitalisme. Vanaf 1928 werd de planeconomie van de Sovjet-Unie bepaald door de Vijfjarenplannen.
Poster van de communistische tekenaar N. Tsivchinskii uit 1931.
A
de verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog (de Koude Oorlog).
B
het voeren van twee wereldoorlogen.
C
de rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.
D
het in praktijk brengen van de totalitaire ideologie van het communisme.

Slide 3 - Quiz

Welk kenmerkend aspect uit H6 past bij deze afbeelding?

Bron 3 - Duitsland en Berlijn in vieren
De vier bezettingszones van Duitsland en Berlijn. De Russische bezettingszone wordt ook wel de Sovjetzone genoemd.
A
de rol van moderne propaganda- en communicatiemiddelen en vormen van massaorganisatie.
B
de verdeling van de wereld in twee ideologische blokken in de greep van een wapenwedloop en de daaruit voortvloeiende dreiging van een atoomoorlog (de Koude Oorlog)
C
het in praktijk brengen van de totalitaire ideologie van het communisme.
D
het voeren van twee wereldoorlogen.

Slide 4 - Quiz

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • De leerdoelen van deze paragraaf zijn:
Je kunt de ideologieën van Amerika en de Sovjet-Unie aan de hand van voorbeelden uitleggen.
6.2.1 1b 3b

Je kunt zowel afspraken als problemen tijdens de conferentie van Potsdam beschrijven.
6.2.2 3a 4c 5 6

Je kunt verschillende voorbeelden noemen hoe de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten elkaar dwarszitten in Europa tussen 1945 en 1950.
6.2.3 7a 7b 9 10 11

Slide 5 - Slide

6.2.1.Tegengestelde ideologieën
Je kunt de ideologieën van Amerika en de Sovjet-Unie aan de hand van voorbeelden uitleggen.

Lees 6.2.1. 

Slide 6 - Slide

Samenvatting
De politiek in de Verenigde Staten is democratisch. Daarin zijn een parlement en de vrijheid van het individu heel belangrijk. Vrijheid van meningsuiting wordt gezien als een kernwaarde van het democratisch systeem.
Dat zien we ook terug in het economische systeem, het kapitalisme. Daarbij zijn de productiemiddelen in privébezit. Ook proberen de ondernemers zoveel mogelijk winst te maken. Er bestaat een vrije markt economie: vraag en aanbod bepalen de economie. De overheid probeert zich zo weinig mogelijk met de economie te bemoeien.

In het communisme van de Sovjet-Unie stond de gelijkheid centraal. Volgens de communisten lijdt het kapitalisme tot uitbuiting van de arbeiders. Daarom moeten de productiemiddelengemeenschappelijk bezit zijn en moet de vrijemarkteconomie ingeruild worden voor een planeconomie.
De Sovjet-Unie was tussen 1917 en 1991 een éénpartijstaat waarbij de regering van de communistische partij alles bepaalde. De Sovjet-Unie was een totalitair land.

Slide 7 - Slide

Verenigde Staten
Sovjet Unie
Ideologie
Kapitalisme
Communisme
Economie
Vrijemarkt-economie
Planeconomie
Politiek
Democratie
Eén-Partij-Systeem
Geloof
Christelijk
Geen
Ideologie = Systeem van samenhangende ideeën

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wat is het kapitalisme?
A
Politieke stroming die streeft naar gemeenschappelijk eigendom van de productiemiddelen waardoor gelijkheid tussen de sociale klassen ontstaat.
B
Economisch systeem zonder privébezit van productiemiddelen, het streven naar winst en een vrije markt economie.
C
Economisch systeem met privébezit van productiemiddelen, het streven naar winst en een vrije markt economie.
D
Politieke stroming die niet streeft naar gemeenschappelijk eigendom van de productiemiddelen waardoor gelijkheid tussen de sociale klassen ontstaat.

Slide 10 - Quiz

Communisme is...
A
Economisch systeem zonder privébezit van productiemiddelen, het streven naar winst en een vrije markt economie.
B
Politieke stroming die streeft naar gemeenschappelijk eigendom van de productiemiddelen waardoor gelijkheid tussen de sociale klassen ontstaat.
C
Economisch systeem met privébezit van productiemiddelen, het streven naar winst en een vrije markt economie.
D
Politieke stroming die niet streeft naar gemeenschappelijk eigendom van de productiemiddelen waardoor gelijkheid tussen de sociale klassen ontstaat.

Slide 11 - Quiz

Wat is een vrijemarkteconomie?
A
Economisch systeem gebaseerd op vraag en aanbod met grote overheidsbemoeienis (is een belangrijk onderdeel van een kapitalistische economie)
B
Economisch systeem gebaseerd op vraag en aanbod zonder grote overheidsbemoeienis (is een belangrijk onderdeel van een kapitalistische economie)

Slide 12 - Quiz

Wat is een planeconomie?
A
Economie waarbij de overheid de economie bepaalt
B
Economie waarbij bedrijven de economie bepaalt

Slide 13 - Quiz

Wat is een éénpartijstaat?

Slide 14 - Open question

Verenigde Staten
Sovjet-Unie
Democratie
Kapitalisme
Censuur
Vrijheid van meningsuiting
Dictatuur
Planeconomie
Gekozen leiders
Eenpartijstaat

Slide 15 - Drag question

Er ontstaat aan het eind van de Tweede Wereldoorlog wantrouwen tussen de Verenigde Staten en de Sovjet-Unie.
Leg uit waarom dit wantrouwen ontstaat. 2p

Slide 16 - Open question

6.2.2. 'Vrienden' onder spanning
Je kunt zowel afspraken als problemen tijdens de conferentie van Potsdam beschrijven.

Lees 6.2.2. 

Slide 17 - Slide

Samenvatting
De belangrijkste geallieerde landen, de Grote Drie, kwamen in juli 1945 bij elkaar op de Conferentie van Potsdam. De geallieerden werden het niet eens over de toekomst van Europa. 
  • de nieuwe Engelse leider Attlee wist nog niet goed wat hij moest doen.
  • de nieuwe VS-president Truman kon het niet goed vinden met Stalin, van de Sovjet-Unie.
  • met het bericht dat de atoombom werkte, waren de Verenigde Staten veel sterker dan de Sovjet-Unie. De verhouding tussen hen werd hierdoor slechter.
  • Truman wilde in Europa een democratisch systeem.
  • Stalin wilde dat in de landen van zijn invloedssfeer een communistisch bestuur kwam.

Uiteindelijk besloot men dat Duitsland en Berlijn verdeeld werden in vier bezettingszones. De Russen voerden in hun bezettingszone (het oosten van Duitsland) de communistische politiek en economie in. De drie westerse landen in Duitsland gingen op hun beurt meer samenwerken en werden één gebied. Zo ontstond een kloof tussen Oost en West.

Slide 18 - Slide

1945: Conferentie van Potsdam

Slide 19 - Slide

De hoofdrolspelers in Potsdam
Rusland: Stalin
VS: Roosevelt † 15.04.1945. Opgevolgd door Truman
VK: Churchill: democratisch weggestemd. Opvolger: Attlee

Slide 20 - Slide

Potsdam, juli 1945
  • Gevolgen: invloedssfeer van de Sovjet-Unie (SU) in Oost-Europa en Oost-Berlijn
  • Bezettingszones van de geallieerden in West-Duitsland en West-Berlijn

Slide 21 - Slide

                                                                  Bezettingzones
Duitsland
Tekst
Berlijn

Slide 22 - Slide

Invloedssferen
  • Wereld verdeeld in 2 kampen

  • Het Westen onder leiding van de VS

  • Het Oosten, ook wel Oostblok genoemd, onder leiding van de SU

Slide 23 - Slide

4. Deze mannen staan ook wel bekend als de grote drie. Sleep de juiste naam en het juiste land naar de juiste man.
Stalin
Churchill
Roosevelt
Amerika
Engeland
Sovjet-Unie

Slide 24 - Drag question

Invloedsferen
Oost-Duitsland
West-Duitsland
Communisme
Kapitalisme
Oostblok
Westblok
Sovjet-Unie
Verenigde Staten
Nederland

Slide 25 - Drag question

Tijdens de Conferentie van Potsdam bleken de geallieerde leiders het niet eens te zijn met elkaar. Dit had verschillende redenen:

Slide 26 - Open question

Bedenk, met een concreet voorbeeld, waarom Stalin een 'bufferzone' tussen de Sovjet-Unie en West-Europa wilde creëren.

Slide 27 - Open question

Elke bezettingszone werd dus door een ander land bestuurd. Toch was er één gezamenlijke afspraak voor de bezettingszones tussen de geallieerden gemaakt.
Noem deze afspraak.

Slide 28 - Open question

Door ook Berlijn te verdelen in bezettingszones ontstaat er een bijzonder probleem voor Berlijn.
Noem dit probleem.

Slide 29 - Open question

Welke afspraken werden er gemaakt op de Conferentie van Potsdam?
Welke afspraken werden er verbroken?

Slide 30 - Open question

6.2.3.  Truman en Marshall tegen Stalin
Je kunt verschillende voorbeelden noemen hoe de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten elkaar dwarszitten in Europa tussen 1945 en 1950.

Lees 6.2.3. 

Slide 31 - Slide

Samenvatting
Vanaf 1945 verstevigde de Sovjet-Unie de greep op de Oost-Europese landen. Samen vormden de Oost-Europese landen het Oostblok. De vroegere minister-president van Engeland, Churchill, noemde de scheiding tussen de Oost- en West-Europese landen een IJzeren Gordijn. Stalin wilde zijn invloedssferen uitbreiden en Truman wilde dat tegenhouden. In 1947 zei hij in de Trumandoctrine dat de Verenigde Staten militair zouden ingrijpen als een land communistisch dreigde te worden.

De Verenigde Staten wilden Europa helpen bij de wederopbouw, ook om te voorkomen dat mensen op communistische partijen zouden stemmen. En als het met Europa economisch beter ging, hadden de Verenigde Staten een afzetmarkt voor hun producten. De Verenigde Staten kwamen met een plan waarin veel geld in Europa wordt geïnvesteerd: het Marshallplan.
Stalin verdacht de Verenigde Staten ervan hun invloed te willen vergroten. Hij verbood de landen in zijn invloedssfeer gebruik te maken van het Marshallplan. Door een blokkade van Berlijn in 1948 probeerde Stalin West-Berlijn binnen zijn invloedssfeer te krijgen. De Amerikanen kwamen West-Berlijn te hulp met een luchtbrug. Stalin beëindigde de blokkade na een jaar.

In 1949 gingen de westelijke bezettingszones samen verder als de Bondsrepubliek Duitsland (West-Duitsland). De Sovjetzone ging verder als de Duitse Democratische Republiek (Oost-Duitsland).

Slide 32 - Slide

Trumandoctrine
- Containment-politiek: het indammen van het uitbreidende communisme
- Landen in de VS invloedssfeer moeten kapitalistisch worden
- Marshallhulp/plan

Slide 33 - Slide

Trumandoctrine

Slide 34 - Slide

Marshallhulp
  • Economische steun aan Europa om communisme tegen te gaan. 
  • Onderdeel van Trumandoctrine

Slide 35 - Slide

Marshallhulp in Nederland

Slide 36 - Slide

Vier doelen Marshallplan
  1. De Amerikanen wilden Europa helpen bij de wederopbouw van bijvoorbeeld (spoor)wegen, fabrieken en huizen.
  2. De Amerikanen wilden voorkomen dat mensen zouden gaan stemmen op communistische partijen.
  3. De Amerikanen wilden een nieuwe markt voor hun handelsproducten opzetten in Europa. Als de Europese landen weer geld te besteden hadden, konden de Europese landen dat aan Amerikaanse producten uitgeven.
  4. De Amerikanen hoopten te bereiken dat de Europese landen beter met elkaar zouden gaan samenwerken, zodat de spanningen die ontstonden na de Eerste Wereldoorlog niet weer zouden opborrelen.

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Blokkade van Berlijn (mei 1948 - juni 1949

Aanleiding: VS voeren een eenheidsmunt in in heel West-Duitsland.

Stalin laat alle toegangswegen over land naar Berlijn afsluiten

--> Blokkade van Berlijn

--> Doel: uithongeren westelijke zones in Berlijn zodat de VS, GB en FR de stad zouden opgeven

Slide 39 - Slide

Wat was de Trumandoctrine?
A
Economische steun aan alle landen die slachtoffer zijn geworden van de Duitse bezetting.
B
Militaire steun bieden aan nieuwe dictaturen.
C
Economische en militaire steun aan alle landen die het communisme buiten wilden houden.
D
Economische en militaire steun aan alle communistische landen.

Slide 40 - Quiz

Wat was het Marshallplan
A
Militaire steun aan Europa om het communisme tegen te gaan.
B
Economische steun aan Europa om communisme tegen te gaan.
C
Een plan om de scheiding tussen het kapitalisme en het communisme in kaart te brengen.
D
Een plan om Amerikaanse producten in Europa te verkopen.

Slide 41 - Quiz

Wat is de blokkade van Berlijn?
A
Dat is toen het Franse leger langs de hele grens van Berlijn stond met wapens
B
Dat is toen de Sovjet-Unie de bouw van de Berlijnse Muur tegen werkte
C
Dat is toen de Sovjet-Unie alle toegangswegen die via de Sovjetzone naar West-Berlijn liepen afsloot
D
Dat is een schets van waar de Berlijnse Muur zou komen te staan

Slide 42 - Quiz

De Blokkade van Berlijn was in
A
1945-1946
B
1948-1949
C
1953-1954
D
1961-1962

Slide 43 - Quiz

Wat was GEEN oorzaak voor de stichting van de BRD en de DDR
A
De deling in 4 delen op de conferentie van Potsdam
B
De Heimatvertriebene
C
De blokkade van Berlijn
D
De invoering van de Duitse Mark in West-Duitsland

Slide 44 - Quiz

Welke stelling(en) is/zijn juist?
A: De BRD was communistisch en de DDR kapitalistisch.
B: De BRD was kapitalistisch en de DDR communistisch.
C: De BRD was een dictatuur en de DDR democratisch.
D: De BRD was democratisch en de DDR een dictatuur.
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 45 - Quiz

Slide 46 - Video

Review Ideologieën

VS:
  • Ideologie:
  • Kapitalisme
  • Economie:
  • Vrije Markt
  • Politiek Systeem:
  • Democratie 


SU:
  • Ideologie:
  • Communisme
  • Economie:
  • Planeconomie
  • Politiek Systeem:
  • Dictatuur

Slide 47 - Slide

Review Potsdam Conferentie
  • Juli 1945
  • VS, Engeland, Sovjet Unie
  • Opdelen Europa in invloedssferen
  • Eerste wrijvingen tussen VS en SU

Slide 48 - Slide

Communisme
Kapitalisme
Economisch Vijf-jaren-Plan
Gratis kinderopvang
Werkloosheidsuitkeringen
Productiemiddelen (natuur, arbeid, kapitaal) in handen van ondernemers
Centrale controle op media
Loon naar prestatie
Loon naar behoefte (= wat de arbeider nodig heeft)
Iedereen heeft werk

Slide 49 - Drag question

Leerdoelen
Aan het eind van deze les...

  • De leerdoelen van deze paragraaf zijn:
Je kunt de ideologieën van Amerika en de Sovjet-Unie aan de hand van voorbeelden uitleggen.
6.2.1 1b 3b

Je kunt zowel afspraken als problemen tijdens de conferentie van Potsdam beschrijven.
6.2.2 3a 4c 5 6

Je kunt verschillende voorbeelden noemen hoe de Sovjet-Unie en de Verenigde Staten elkaar dwarszitten in Europa tussen 1945 en 1950.
6.2.3 7a 7b 9 10 11

Slide 50 - Slide

Zijn er nog vragen?
HW 
- Bekijk de video van de Koude Oorlog over H6 beter te begrijpen.
- Lees P6.3 ter voorbereiding op de les en noteer vragen wanneer je iets niet goed begrijpt over de theorie.

Slide 51 - Slide