27 maart - 2KGT2 (2de uur) - start H5

Welkom 2 KGT2
Hang je jas op en doe je mobiel in je tas.

Pak en boek en begin met lezen.
Waarom zou de schrijver dit boek
 hebben geschreven?


timer
10:00
Inhalen s.o. taalverzorging H3: Lotte, Meike en Robbie
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Welkom 2 KGT2
Hang je jas op en doe je mobiel in je tas.

Pak en boek en begin met lezen.
Waarom zou de schrijver dit boek
 hebben geschreven?


timer
10:00
Inhalen s.o. taalverzorging H3: Lotte, Meike en Robbie

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen deze les?
We starten met hoofdstuk 5
Inhalen s.o. taalverzorging H3: Lotte, Meike en Robbie
1) We gaan het hebben over straattaal

2) We doen een quiz straattaal 
3) We werken zelfstandig aan de online opdracht van Lezen H5

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Videofragement
Welke taal praat deze man?
RAMSY NASR
Waar heeft die man het over?

Slide 5 - Slide

Straattaal
Gebruiken jullie straattaal?
RAMSY NASR
Straattaal (of jongerentaal) is een combinatie van Engels, Surinaams, Antilliaans, Turks en Marokkaans. 

Slide 6 - Slide

Faka?

Slide 7 - Mind map

Wat een fatoeman is hij!

Slide 8 - Mind map

Zijn die skirre pata's van jouw zoontje?

Slide 9 - Mind map

Tantoe lekker! Mag ik affoe?

Slide 10 - Mind map

Geen fitti in mijn osso

Slide 11 - Mind map

No Spang!

Slide 12 - Mind map

Wat denk jij?
Is straattaal de taal van de toekomst?
Toekomst?
Gebruik jij straattaal als schrijftaal?

Slide 13 - Slide

Wat is jouw droom?
Schrijf in tweetallen een gedichtje stuk tekst in jouw straattaal.
Je eerste zin:  Mi have a droom

Slide 14 - Slide

         Wie durft?
Draag jullie gedicht voor!

Je mag jullie gedicht ook door iemand anders laten voorlezen.

Slide 15 - Slide

Hoofdstuk 5 - Toekomst 
Spreektaal - Schrijftaal - Straattaal
Formeel - Informeel
Hoofdstuk 5 gaat over toekomst. 
We bespreken de volgende begrippen.

Slide 16 - Slide

Lezen - Hoofdstuk 5
Hoe weet je of een tekst betrouwbaar is?
Begin met het maken van de opdrachten: H4: lezen
Bronnen -> wat zijn bronnen? Waar komt de tekst vandaan?
Is een tekst geschreven om te informeren of overtuigen?

Slide 17 - Slide

Aan de slag!
Start met het maken van de opdrachten : lezen H4. 

Zorg dat de opdracht 1 t/m 5 af zijn. 

Werk zelfstandig of in tweetallen. 

Slide 18 - Slide