Les 5 W7

1 / 12
next
Slide 1: Slide
MBO

This lesson contains 12 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Leerdoelen
  • Aan het einde van de les weet je hoe je moet luisteren naar de cliënt.
  • Aan het eind van de les kan de student het verschil tussen een goede en een verkeerde luisterhouding benoemen. 
  • Aan het einde van de les weet je wat het begrip actief luisteren is en hoe je het moet toepassen

Slide 2 - Slide

Programma
  • Theorie les
  • Zelfstandig werken

Slide 3 - Slide

Theorie les
Pak je aantekeningen/ notities erbij!

Slide 4 - Slide

Actief luisteren: Een manier van luisteren waarbij je in je reactie het gevoel of de behoefte van de ander verwoordt.” (ook empathisch luisteren)

Actief luisteren houdt in dat je:
- hoort wat de ander zegt, maar ook hoort hoe de ander iets zegt; 
 - ziet hoe de ander erbij kijkt, hoe hij zit en welke non-verbale signalen hij uitzendt; 
- je inleeft in de situatie van de ander, even in de huid van die ander probeert te kruipen; 
- luistert naar wat de ander echt bedoelt te zeggen; 
 - de gevoelens en behoeften van de ander in je reactie weergeeft.

Slide 5 - Slide

Om actief te kunnen luisteren gelden de volgende voorwaarden.:
- Je moet in staat zijn om je eigen gevoel, je eigen mening even uit te schakelen. Je moet dus in staat zijn om de ander met diens behoeften en gevoelens centraal te zetten. 
- Je moet een ander willen begrijpen, je moet je willen inleven in de ander. 
- Je moet je kunnen inleven in de ander. 
- Je moet de tijd hebben en de tijd nemen om er ‘echt even voor te gaan zitten’.

Hoe verwoordt je jouw gevoelens:
Begin met ‘jij’, ‘je’ of ‘u’​
- Geef terug hoe de ander zich volgens jou voelt.​
- Je kunt het gevoel precies noemen, maar je kunt het ook omschrijven.​

Voorbeelden op de volgende slide.

Slide 6 - Slide

Gevoelens teruggeven ​
‘Je voelt je onzeker?’​
‘Je voelt je schuldig?’​
‘Je bent boos.’​
‘Je voelt je opgelucht.’
Gevoelens omschrijven ​
‘Je gaat liever niet?’​ 
‘Je voelt de behoefte om met de deuren te slaan.’​ 
‘Als je het over kon doen, dan had je het anders aangepakt.’​ 
‘Je kunt wel een gat in de lucht springen.’​
Wat werkt beter?​
* Meestal werkt gevoelens teruggeven, omdat het directer is.​ 
* Maar dit werkt niet als de cliënt het zelf al aangeeft, of de gevoelens niet duidelijk zijn.

Slide 7 - Slide

Wanneer kies je voor actief luisteren?
- Als de ander je iets belangrijks vertelt waar hij vol van is;​
- Als de ander je iets vertelt wat veel emoties oproept;​
- Als de ander je iets vertelt wat verwarring of onzekerheid met zich meebrengt;​
- Als je niet zeker weet of je begrijpt wat de ander bedoelt.​


NIET ALS: Actief luisteren is niet nodig als de ander een praktisch probleem heeft. 

Voordelen actief luisteren:
- de ander voelt zich begrepen;​
- de heftigheid van gevoelens afneemt;​ 
- de ander een gevoel van opluchting ervaart;​ 
- er bij de ander de ruimte ontstaat om verder te praten;​ 
- de ander zicht krijgt op wat er werkelijk speelt;​ 
- er bij de ander de ruimte ontstaat om naar jou te luisteren.

Slide 8 - Slide

Je hebt een slechte of onjuiste luisterhouding als je als luisteraar:
onderuitgezakt in je stoel hangt;
gaapt en je uitrekt;
voortdurend met je ogen afdwaalt;
ongeduldig kijkt;
aan sieraden zit te friemelen;
onder tafel met je telefoon bezig bent;
met je pen op een papiertje krast of tekent/met je potlood op iets tikt;
 kijken;
je mond bedekt;
je armen over elkaar slaat;


Slide 10 - Slide

Verkeerd luisteren​

Onverschillig luisteren: Als je onverschillig luistert, interesseert het je eigenlijk niet wat de ander te vertellen heeft. ​

Ongeïnteresseerd luisteren: Als je luistert met te weinig interesse.​

Passief luisteren: Wanneer je alleen naar iemands woorden luistert en helemaal niet let op de non-verbale communicatie.​

Ongeduldig luisteren: Wanneer je geen tijd hebt, is de kans groot dat jouw ongeduld doorwerkt in de manier waarop je luistert.

Slide 11 - Slide

Zelfstandig werken
Maken communicatie MZ thema 2.6 Actief luisteren

Slide 12 - Slide