Lesson 1HV répétition de la grammaire + corriger source H

• Frans
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Frère

1. Le
2. La
3. L'
4. Les

Soeurs

1. Le
2. La
3. L'
4. Les

Hôtel

1. Le
2. La
3. L'
4. Les

Mère

1. Le
2. La
3. L'
4. Les

Vervang het lidwoord de/het door een vorm van 'een' noteer het lidwoord en het zelfstandig naamwoord: la mer

Vervang het lidwoord de/het door een vorm van 'een' noteer het lidwoord en het zelfstandig naamwoord: le chien

Ik

U

Wij

Zij

Jij

Je

Nous

Tu

Vous

Ils/elles

Welke werkwoorden op -ER ken je al?

Tu parl(...)

1. Parle
2. Parlent
3. Parles
4. Parlons

Vous mang(...)

1. Mangent
2. Mange
3. Manger
4. Mangez

Vertaal naar het Frans: hij heeft

Vertaal naar het Frans: jij hebt

Vertaal naar het Frans: ik ben

Vertaal naar het Frans: wij zijn (beleefde vorm)

Maak de zin ontkennend: elle aime la glace

Maak de zin ontkennend: j'ai faim

Vervang het lidwoord door 'zijn': il adore le cadeau

1. Son
2. Sa
3. Ses
4. S'

Vervang het lidwoord door 'hun': ce sont les parents

1. Leur
2. Leurs
3. Nos
4. Votre