Oefentoets H5 Verbanden tussen machten en wortels

• Wiskunde
• Voortgezet speciaal onderwijs
• Leerroute 2

Oefentoets H5 

Machten, wortels en verbanden

Hoe noemen we de 5?

6​5​​

1. Macht
2. Grondtal
3. Grondgetal
4. Exponent

Welke uitkomst is fout?

1. √​400​​​=20
2. 4​2​​=16
3. 13​2​​=179
4. 2​4​​=16

43 : 24 + 65 : 34
De uitkomst is:

1. 3,703431373
2. 0,01421017845

( 28 – 34) × (43 : 110)

1. 2,345454545
2. -2,345454545

25 × 1,22

1. 30,5
2. 5,30

​12+13​​10+8⋅5​​+12

1. 2,88
2. 14

​√​20​​​+2​​165+182​​

1. 53,61444852
2. Dat kan niet!
3. 79,59155882
4. 69,77544321

De docent berekent het cijfer voor een proefwerk met de formule
cijfer = 1 + (p + 2) : 8
p is het aantal behaalde punten
Welk cijfer hoort bij 18 punten?

1. 2,62
2. 2,6
3. 3,5
4. 2,625

De docent berekent het cijfer voor een proefwerk met de formule
cijfer = 1 + (p + 2) : 8.
p: aantal behaalde punten

Wat is het maximaal aantal te behalen punten voor dit proefwerk?

1. 16
2. 8
3. 72
4. 70

De snelheid van een vloedgolf en de zeediepte hebben met elkaar te maken.
Daarvoor kun je de volgende formule gebruiken:
zeediepte in meter = s² : 9

s: snelheid van de vloedgolf in meters per seconde.
Bereken de zeediepte bij een golfsnelheid van 72 meter per seconde.

1. 8 m
2. 576 m

De grafiek bij een kwadratische formule heet een …

1. hyperbool
2. rechte lijn
3. parabool
4. cirkel

Hoeveel seconden is
de periode?

1. 4
2. 5
3. 6
4. 7

Dit is het einde van de toets

Schrijf de sommen op waar je moeite mee had

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.

Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.