1C vrijdag 2 april

Vrijdag 9 april
 
Signaalwoorden gebruiken bij het schrijven van je brief 
of e-mail
1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Vrijdag 9 april
 
Signaalwoorden gebruiken bij het schrijven van je brief 
of e-mail

Slide 1 - Slide

Schrijflessen tot nu toe:
Hoe verbeter je je eigen tekst op de taal -->
hoofdletters, punten, komma's, werkwoorden enzovoort. 

Hoe schrijf je een recensie -->
eerst vertel je waar het over gaat, dan geef je de extra details, dan geef je je mening. 

Hoe schrijf je een formele brief of email-->
eerst de aanhef, dan vertellen waarom je mailt, dan vertellen wat je wil, dan alvast bedanken, dan groeten. 



Slide 2 - Slide

Deze les: schrijven met gebruik van signaalwoorden

Lesdoel: na deze les kan ik signaalwoorden op de juiste manier in mijn email of brief gebruiken. 

Want: als ik signaalwoorden goed gebruik, begrijpt de lezer mijn boodschap.


Slide 3 - Slide

Vul eerst de woordweb in. Wat zijn signaalwoorden ook alweer? Noem enkele signaalwoorden die in je opkomen.

Slide 4 - Slide

Wat is een signaalwoord ook alweer?
Noem enkele signaalwoorden die je kent

Slide 5 - Mind map

Herhaling les 49
Tijd: Nadat je dat zei, ben ik gaan nadenken

Opsomming: Daarnaast heb ik actie ondernomen

Tegenstelling: Toch is er niets veranderd

Slide 6 - Slide

Welk signaalwoord hoort er in deze zin:

.... we ons best hebben gedaan, hebben we verloren
A
Echter
B
Integendeel
C
Hoewel
D
Daarna

Slide 7 - Quiz

Welk signaalwoord hoort er in deze zin:

Tom gaf de punten door .... telde ik ze op
A
Echter
B
Nadat
C
integendeel
D
Daarna

Slide 8 - Quiz

Welk signaalwoord hoort er in deze zin:

Ik hou erg van chocola. Ik mag het ... niet eten
A
Echter
B
Nadat
C
integendeel
D
Daarna

Slide 9 - Quiz

Welk signaalwoord hoort er in deze zin:

Nee, ik ben niet boos: .... ik ben blij dat je het hebt gezegd
A
Echter
B
Nadat
C
integendeel
D
Daarna

Slide 10 - Quiz

Voorbeeldje van een email
Beste juf Vos, 
Toen ik vanmorgen naar school wilde gaan, zag ik dat ik een lekke band had. Ik wilde de fiets van mijn zus lenen, maar die had ook een lekke band. Bovendien bleek dat de fiets van mijn moeder het  niet deed: ten eerste lag haar ketting eraf en ten tweede was de trapper stuk. Daarna miste ik de tram. Hierdoor was ik te laat op school en dat was voor u reden om mij na te laten blijven vanmiddag. Enerzijds begrijp ik dat u mij het kwalijk neemt dat ik te laat was, anderzijds niet. Uiteindelijk kon ik er allemaal ook niets aan doen. Ik hoop dat u het nablijven kunt laten zitten. 
Dank u wel alvast, 

Hartelijke groet, 
Pim.                                                Welke signaalwoorden zie je allemaal?

Slide 11 - Slide

Zie je?
De signaalwoorden zorgen dat de zinnen elkaar logisch opvolgen. 
Met signaalwoorden wordt je boodschap duidelijk. De lezer weet goed wat je bedoelt!
Het is dus nodig om de juiste signaalwoorden te gebruiken!

Slide 12 - Slide

Na het opfrissen van de stof...
Jullie weten weer wat signaalwoorden zijn.
Nu gaan jullie schrijven met signaalwoorden. 

Let ALTIJD op je eigen taal: hoofdletters, punten, werkwoorden....

Slide 13 - Slide

Opdracht: zie document
Het document staat ook in Magister, het is huiswerk voor maandag.
Stuur me foto's van je email via Teams.

Slide 14 - Slide

Lesafsluiting
Gedaan: herhaling van signaalwoorden en deze aan schrijfoefeningen gekoppeld
 
Geleerd: hoe je signaalwoorden bij je eigen schrijven gebruikt.

Woensdag: elkaars emails van feedback voorzien. Het schrijven van de email is dus huiswerk --> zie Magister

FIJNE DAG ALLEMAAL!

Slide 15 - Slide