4.2 Je skelet

Vak: Biologie-verzorging
Hoofdstuk: 4 sporten
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting
1 / 32
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Vak: Biologie-verzorging
Hoofdstuk: 4 sporten
1.
Lesopening
2.
Leergebiedoverstijgende doelen
3.
Lesdoel (+ minicheck)
4. 
Instructie
5.
Begeleid inoefenen
6. 
Zelfstandig werken
7.
Evaluatie + afsluiting

Slide 1 - Slide

1. Lesopening
Pak je boek van Biologie-verzorging, laat het nog even dicht. 



Slide 2 - Slide

2. Leergebiedoverstijgende doelen
Zelfstandig leren
- Werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld. 

Als er staat leg je antwoord uit, dan doe je dat. 




Slide 3 - Slide

Arrangementen
- Verdiept: kijk of je zelfstandig aan de slag kunt of dat je mee wil doen aan de instructie na het benoemen van de lesdoelen en het lezen van de theorie. 
Niels, Shaqell.

- Basis: doe mee aan de mini-check. Alles goed? Zelfstandig aan de slag. Niet alles goed? Instructie volgen, daarna aan de slag. 
Dennis, Ihabe, Amber, Zouhir, Ties, Noah, Jermaine,  Ryan, Anouk, Jara, Shurvin, Bas

- Intensief: doe mee aan de mini-check. Instructie volgen, kom aan de groepstafel zitten. 
n.v.t.

Slide 4 - Slide

3. Lesdoel
Aan het eind van deze les; 
- kun je in een afbeelding van het skelet de botten benoemen
- kun je de functies van het skelet noemen
- kun je de kenmerken van kraakbeen noemen

Slide 5 - Slide

Verdiept arrangement
Aan de slag of meedoen met instructie?
Lees en maak les 4.2, blz. 210 t/m 219, opdr. 9 t/m 15 (-10, -12). 
Ga aan de groepstafel op de gang bij juf Eva zitten.  

Klaar? 
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak afmaken. 
3. Leren toetsen/lezen/tekenen/Smartgame. 

Slide 6 - Slide

Mini-check
3 vragen goed = zelfstandig aan de slag. 
0 t/m 2 goed = deelnemen aan de instructie

Slide 7 - Slide

Hoe noemen we de 3 onderdelen waarin je je lichaam kunt verdelen?

Slide 8 - Open question

Noem een van de vijf functies van het skelet.

Slide 9 - Open question

Noem een plek waar kraakbeen zit

Slide 10 - Open question

4. Instructie
Kijk mee en lees mee op de volgende dia's. 

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

4.2 Je skelet
skelet = geraamte

Je skelet bestaat uit botten (beenderen)

Je kan het skelet opdelen in schedel, romp en ledematen.

Slide 13 - Slide

4.2 Je skelet
Je skelet heeft 4 functies:
- stevigheid
- beweging
- bescherming
- vorm

Slide 14 - Slide

functie 1 stevigheid
functie 1: stevigheid geven


Slide 15 - Slide

functie 2 beweging

Slide 16 - Slide

functie 3 bescherming

Slide 17 - Slide

functie 4 vorm

Slide 18 - Slide

4.2 Je skelet
Je lichaam bestaat uit verschillende delen:
- hoofd (schedel)
- romp
- ledematen

Je ledematen bestaan uit 2 armen en 2 benen.

Slide 19 - Slide

de botten van het hoofd
De botten van je hoofd zijn samen de schedel.

De schedel beschermt je hersenen.

Verder bestaat de schedel uit je bovenkaak en je onderkaak.



Slide 20 - Slide

de botten van de romp
De romp bestaat uit de schoudergordel, de borstkas, het bekken en de wervelkolom.

De schoudergordel bestaat uit 2 sleutelbeenderen en 2 schouderbladen. Aan de schoudergordel zitten de armen vast.

Slide 21 - Slide

de botten van de romp
De borstkas bestaat uit de borstwervels, de ribben en het borstbeen.

Het bekken bestaat uit 2 heupbeenderen en het heiligbeen.

De wervelkolom bestaat uit wervels, het heiligbeen en het staartbeen.


Slide 22 - Slide

de botten van je ledematen
De arm bestaat uit een opperarmbeen, ellepijp, spaakbeen en de botten van de hand.

De ellePijP ligt aan de kant van de Pink. Denk aan de P van Pijp en de P van Pink.

Slide 23 - Slide

de botten van je ledematen
Het been bestaat uit een dijbeen, knieschijf, scheenbeen, kuitbeen en de botjes van de voet.

Slide 24 - Slide

4.2 Je skelet
Sommige plaatsen in je lichaam zijn stevig (net als je botten), maar ook soepel. Op deze plaatsen komt kraakbeen voor.

Er zit kraakbeen in:
- je neus
- je oorschelpen
- tussen je ribben en het borstbeen.
- tussen wervels van wervelkolom
- in je gewrichten

Slide 25 - Slide

5. Begeleid inoefenen
Wie kan zelfstandig aan de slag (basis)?
Lees en maak les 4.2, blz. 210 t/m 219, opdr. 9 t/m 15 (-10, -12). . 

Wie heeft nog extra instructie/leeshulp nodig (intensief)?
Kom aan de instructietafel zitten. 
Dan gaan we samen aan de slag. 

Slide 26 - Slide

6. Zelfstandig werken
Je leest en maakt: les 4.2, blz. 210 t/m 219
V:  opdr. 9 t/m 15 (-10, -12) --> Niels + Shaqell
B/I: opdr. 9 t/m 15 (-10, -12) --> Rest van de klas

Ben je klaar?
1. Kijk je werk zorgvuldig na + verbeter waar nodig. 
2. Huiswerk ander vak afmaken. 
3. Leren toets/lezen/tekenen/Smartgame. 
timer
30:00

Slide 27 - Slide

7. Evaluatie
- Zelfstandig leren; werkt volgens de gestelde eisen, die aan de opdrachten worden gesteld.
 
Evaluatie lesdoelen --> Quiz mee! 




Slide 28 - Slide

Een lichaam bestaat uit; hoofd, romp ledematen.
A
juist
B
onjuist

Slide 29 - Quiz

De borstkas bestaat uit sleutelbenen en schouderbladen.
Juist of onjuist?

Slide 30 - Open question

Spieren zijn nodig om het skelet te kunnen bewegen.
A
juist
B
onjuist

Slide 31 - Quiz

Afsluiting
Ruim je spullen van BI op.

Volgende lesuur: Arrangementtijd.

Slide 32 - Slide