Les Personages mavo /havo

Klas 3 havo
Je bent een boek aan het lezen.

Korte terugblik personages 


1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 12 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Klas 3 havo
Je bent een boek aan het lezen.

Korte terugblik personages 


Slide 1 - Slide

Personages

Wat weet je daar nog over? 

Slide 2 - Slide

Je ziet zo een stukje uit de film Forrest Gump.
Het verhaal beschrijft het leven van Forrest Gump, een trage en simpele maar goedhartige jongen die uitgroeit tot een man en allerlei grote historische gebeurtenissen meemaakt in Amerika.

Slide 3 - Slide

Je ziet straks een fragment van Forrest Gump.
Hoe zou je de hoofdpersoon in deze film
omschrijven, in een paar woorden of zinnen?


Slide 4 - Open question

Wat kun je allemaal vertellen over je hoofdpersonage in je boek?

Slide 5 - Mind map

Personages
Je omschrijft een personage door de belangrijkste eigenschappen te noemen. 
  • uiterlijk
  • geslacht 
  • leeftijd
  • karakter
  • hobby's 

Slide 6 - Slide

Hoofdfiguur
  • maakt een ontwikkeling door in het verhaal
  • heeft zowel goede als slechte eigenschappen
  • is niet in een paar woorden te omschrijven, juist omdat je zoveel eigenschappen van dit karakter kent
  • is realistisch, levensecht
  • kan onvoorspelbaar zijn

Slide 7 - Slide

bijfiguur
  • wordt weinig omschreven
  • heeft vaak maar één of twee eigenschappen, bijvoorbeeld ‘jaloers’, of ‘zorgzaam’
  • is makkelijk in een paar woorden te omschrijven
  • gaat niet echt leven voor jou, blijft op de oppervlakte
  • is nogal voorspelbaar;

Slide 8 - Slide

Aan de slag 
Je werkt straks de vragen op de volgende slides uit. Jouw antwoorden kun je gebruiken voor je opdracht. Je kunt dit hier later weer terugvinden en eventueel aanpassen. 



Slide 9 - Slide

Wie zijn de belangrijkste personages in jouw boek? Maak een onderscheid in hoofdfiguren en bijfiguren. Je noemt alleen de belangrijkste personages en die omschrijf je kort.

Slide 10 - Open question

Hoe leer je deze personages kennen? Door beschrijvingen, door uitspraken, door handelingen, of een combinatie daarvan? Geef voorbeelden! Noem het ook als je personages bijzonderheden hebben – sprekende namen bijvoorbeeld.

Slide 11 - Open question

Welke ontwikkeling maakt de hoofdpersoon door?

Slide 12 - Open question