1hv ww op -er

ww eindigend op -ER

Jullie leren in deze les hoe je deze groep Franse werkwoorden
kunt vervoegen

- je hebt je schrift nodig voor aantekeningen
- je hebt je boek nodig: unité 3 App 2
1 / 23
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

ww eindigend op -ER

Jullie leren in deze les hoe je deze groep Franse werkwoorden
kunt vervoegen

- je hebt je schrift nodig voor aantekeningen
- je hebt je boek nodig: unité 3 App 2

Slide 1 - Slide

welke werkwoorden uit App 2
eindigen op ER? noem er minimaal 4

Slide 2 - Open question

praten =
A
terminer
B
donner
C
parler
D
écouter

Slide 3 - Quiz

spelen =
A
détester
B
aimer
C
préférer
D
jouer

Slide 4 - Quiz

Een regelmatige werkwoord ......
A
begint altijd met -er
B
eindigt altijd op - er

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Link

STAP 1
het eerste wat ik doe om de stam van een ww -ER te krijgen is:
A
TER van het hele ww afhalen
B
ER van het hele ww afhalen

Slide 7 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord
écouter ?
A
écoute
B
écout
C
écouter
D
écou

Slide 8 - Quiz

Wat is de stam van het werkwoord
habiter
A
habite
B
habites
C
habit
D
habi

Slide 9 - Quiz

De stam van het werkwoord 'détester' is ......
A
détestes
B
détester
C
détest
D
détestons

Slide 10 - Quiz

noem de uitgang
die hoort bij WIJ = nous

Slide 11 - Mind map

aantekening:
STAP 1          ik haal ER van het hele ww af
STAP 2        ik kies de juiste uitgang erbij: 
ik         stam + e
jij             stam  + es
hij/zij   stam  + e
wij             stam + ons
jullie/u   stam + ez
zij              stam + ent

Slide 12 - Slide


de uitgang bij tu =
A
e
B
es
C
ons
D
ez

Slide 13 - Quiz


elle cherch...
A
e
B
es
C
ons
D
ent

Slide 14 - Quiz


vous regard...
A
e
B
es
C
ons
D
ez

Slide 15 - Quiz


jij geeft = tu donn
A
e
B
es
C
ons
D
ez

Slide 16 - Quiz


je ... (hou van)

A
aime
B
aimes
C
aimez
D
aimons

Slide 17 - Quiz


ils écout...
A
e
B
es
C
ons
D
ent

Slide 18 - Quiz

hoe zeg je
'ik eindig'?

Slide 19 - Open question

vous travaillez
je travaille
tu travailles
tu regardes
il regarde
on regarde
wij kijken
hij kijkt
jij kijkt
ik werk
jullie werken
jij werkt

Slide 20 - Drag question

hoe zeg je
'jij begint'?

Slide 21 - Open question

wat begrijp je nu nog niet?

Slide 22 - Mind map

hoe scoor je deze uitleg over de groep
werkwoorden op -ER?
0100

Slide 23 - Poll