2. Mentale gezondheid

• Burgerschap
• MBO
• Studiejaar 1

DIVERSITEIT

THEMA MODULE

MENTALE GEZONDHEID

Start bij 1.17

Wat weten jullie al over mentale gezondheid?

Mentale gezondheid is een serieus thema. Luister naar elkaar en wees respectvol. 

Activeer de voorkennis door de leerlingen te vragen wat ze al weten. Laat ze elkaar aanvullen. Sta erbij stil dat dit voor iedereen iets anders kan zijn. Alle antwoorden zijn goed! 

Dit onderdeel is met name bedoeld om het thema in de klas te introduceren en het gesprek rustig op gang te brengen.

Tip! Zet bij dit onderdeel het geluid uit voor een gepaste sfeer.

Hoeveel jongeren tussen de 12 en 25 jaar hebben jaarlijks last van depressieve stoornissen (langer dan 2 weken een extreem somber en donker gevoel)?

VRAAG 1

1. 1 op de 5
2. 1 op de 15
3. 1 op de 25
4. 1 op de 50

Het juiste antwoord is 1 op de 15. Hadden jullie dit verwacht of verbaasd het je? Waarom?

VRAAG 2

Wat bepaalt iemands mentale gezondheid?

Laat jongeren samen tot een lijstje komen en schrijf die op een bord om een overzicht te maken. Hieronder staan voorbeelden

Erfelijkheid (genen)

Opvoeding (omgeving in brede zin)

Gebeurtenissen in het leven

Het seizoen

Hormonen

Een belangrijke factor is dus erfelijkheid. Je bent vatbaarder op het moment dat je ouders vaker stress of mentale gezondheidsproblemen hebben ervaren. 

Had je dit verwacht? Waarom wel of niet?

Mannen voelen zich net zo vaak mentaal minder gezond als vrouwen.

VRAAG 3

1. JUIST
2. ONJUIST

Deze stelling is juist. Mannen en vrouwen ervaren gemiddeld even vaak problemen in hun mentale gezondheid. Wel uit zich dat over het algemeen bij mannen op een andere manier dan bij vrouwen. Natuurlijk verschilt het per persoon en zijn er nog heel veel meer factoren die invloed hebben op je mentale gezondheid.

VRAAG 4 45 

VRAAG 4 45 

VRAAG 4 45 

VRAAG 4 45 

Geef je mening over de volgende stellingen.

VRAAG 4

Iemands fysieke gezondheid heeft geen effect op iemands mentale gezondheid

1. JUIST
2. ONJUIST

Het antwoord is onjuist. Gezond eten en genoeg bewegen heeft een positief effect op ons zelfbeeld, onze gemoedstoestand en onze energie. Al kan een reep chocolade ons nog altijd ook erg blij maken ;)

VRAAG 5 45 

Geef je mening over de volgende stellingen.

1. Ik vind het ongemakkelijk om over mentale gezondheid te praten. 

eens

oneens

Hoe komt het dat je het wel of niet ongemakkelijk vindt om over mentale gezondheid te praten?

Mentale gezondheid is een serieus thema. Luister naar elkaar en wees respectvol. 

2. Ik herken bij mezelf wanneer ik een goede of een slechte dag heb. 

eens

oneens

Hoe merk je aan jezelf of je een goede of slechte dag hebt?

3. Ik weet van mezelf wat ik nodig heb als ik me een dag minder goed voel. 

eens

oneens

Wat heb je nodig als je jezelf een dag minder goed voelt?

4. Ik vind het makkelijk om te delen met mensen wanneer het niet goed met me gaat.

eens

oneens

Hoe komt het dat je het wel of niet makkelijk vindt om te delen met mensen wanneer het niet goed met je gaat?

Ik ken mensen in mijn omgeving die problemen hebben met hun mentale gezondheid 

VRAAG 6

JA

NEE

Als een vriend of vriendin mentale problemen heeft dan zou ik het volgende voor die persoon doen:

VRAAG 7

Denk je dat iedereen hetzelfde nodig heeft? Waarom wel of niet?

Welk voorwerp maakt jou gelukkig of herinnert je aan iets wat jou gelukkig maakt?

VRAAG 8

Geef jongeren na het invullen van hun antwoord de ruimte om het verhaal hierachter te delen. Natuurlijk alleen wie dat wil. 

Wat helpt jou als je niet zo lekker in je vel zit om je weer beter te voelen?

VRAAG 9

KOM IN ACTIE!

HOE MAAK JIJ HET VERSCHIL?

Tips nodig voor de brainstorm? Pak de volgende slide erbij!

De jongeren hebben nu een voorbedachte actie uitgevoerd. Laat ze klassikaal brainstormen over hoe ze hierna zelf in actie zouden kunnen komen binnen het thema. Schrijf dit in een woordweb op het bord. 

Hoe maak jij het verschil?

VRAAG 10

Wat weten we over geluk? 

Je geluksgevoel is:

Voor 50 procent erfelijk bepaald

Voor 10 procent afhankelijk van wat er op je pad komt

Voor 40 procent afhankelijk van onderwerpen waar je zelf invloed op hebt en die jou gelukkig(er) kunnen maken.

In deze opdracht denk je na over wat jij nodig hebt om gelukkig(er) te zijn op je werk. Je bedenkt manieren om jouw werk of werkplek beter en fijner te maken.

                                LEARNBEAT PARAGRAAF 2 

                              OPDRACHT #06 GELUK OP JE WERK