14 en 15. Droponderzoek

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 1

Droponderzoek

Wat moet ik kopen?

Wat maakt een
dropje lekker?

Onderdelen onderzoeksverslag

1. Inleiding (1.1 Achtergrondverhaal, 1.2 Onderzoeksvraag, 1.3 Verwachting/Hypothese)

2. Methode (2.1 Materiaallijst, 2.2 Werkwijze)

3. Resultaten  (3.1 Resultaten tabel 3.2 grafiek)

4. Conclusie (4.1 Antwoord onderzoeksvraag 4.2 verwachting klopt wel/niet)

5. Evaluatie(5.1 Reflectie, 5.2 Bronnen)

Tweegesprek op tijd

Inleiding (1)

Schrijf een pakkende inleiding over dropjes. Welke soorten zijn er? Wat is het verschil? Wat zijn de ingrediënten? Zitten er veel caloriën in? Wat is de afkomst? Hoe moet een goed dropje smaken en eruit zien?

Zoek informatie op uit bronnen! Zet de bron in de bronnenlijst!

Inleiding (2)

Onderzoeksvraag: Welke drop moet ik kopen in de winkel?

Kies zelf 3 vragen. Voorbeeld:

Deelvraag 1. Welk drop is het lekkerste?

Deelvraag 2. Bij welke heeft het drop de minste calorieën?

Deelvraag 3. Bij welke is het per kilogram  het goedkoopste?

Deelvraag 4. Bij welk dropje er het beste uit?

Wat is een hypothese?

De verwachting:

Een stelling waarvan we nog niet weten of die waar of onwaar is.

Welke hypothese is het best:
Houden meer jongens of meer meisjes uit onze klas van pindakaas?

1. Ik denk dat meisjes meer van pindakaas houden.
2. Ik weet het nog niet.
3. Jongens houden meer van pindakaas
4. In onze klas houden meisjes meer van pindakaas dan jongens

Bedenk zelf een goede hypothese:
Gaan leerkrachten op onze school vaker op vakantie dan leerlingen?

Werkwijze

.

.

.

       materiaal                        methode

Materiaal

Beschrijf het gebruikte materiaal zo nauwkeurig mogelijk. Maak hier een mooie "boodschappenlijst" van.

Methode

Beschrijf hoe je de proef gaat uitvoeren. Iemand anders moet aan de hand van je verslag de proef precies na kunnen doen. Zet nooit resultaten in dit onderdeel.

Resultaten

Noteer je resultaten in een overzichtelijke tabel.

Maak daarna een grafiek bij elke deelvraag. 

Conclusie

• Wat is het antwoord op je onderzoeksvraag?

• Welke conclusies kun je nog meer trekken uit je resultaten?

• Probeer verklaringen te vinden voor de uitkomsten van je experiment, waar baseer jij je conclusie op? Verwijs ook naar belangrijke resultaten.

• Was de hypothese juist of niet? Licht dit toe.

Evaluatie

- Reflectie, je kijkt terug hoe het gegaan is. Geef tips hoe het nog beter kan. Misschien heb je een idee voor een nieuw onderzoek.

- Bronnen, noteer waar je informatie vandaan hebt gehaald.

Aan de slag

• Formuleer je hoofdvraag en deelvragen
• Schrijf je hypothese per deelvraag
• Schrijf de materialen en methode
• Voer je onderzoek uit en zet de resultaten in een tabel
• Schrijf je verslag in Word, zorg voor een mooie Lay-out
• Lever je verslag in via SOM

1.

Voedingswaarde

per 100 gram:

1416 kJ

0.2 g vet

59 g suiker

Prijs per kg 5.25

2.

Voedingswaarde per 100 gram:

1406 kJ

0.3 g vet

49.3 g suiker

Prijs per 400 gram is 1.80

3.

Voedingswaarde per 100 gram:

1397 kJ

0.3 g vet

58 g suiker

Prijs per kg is 6.00

Les evaluatie

Wat zijn de stappen van het onderzoek doen?

Wat is nog lastig?

Wat ging goed?

Volgende les verder met het onderzoek. 

Les 2 Snoepjes vergelijken

Herhaling

Welke onderdelen zitten in een onderzoeksverslag?

Hoe maak je een tabel en grafiek?

Wat zet je in je conclusie?

Onderdelen onderzoeksverslag

1. Inleiding (1.1 Achtergrondverhaal, 1.2 Onderzoeksvraag, 1.3 Verwachting/Hypothese)

2. Methode (2.1 Materiaallijst, 2.2 Werkwijze)

3. Resultaten (3.1 Resultaten tabel 3.2 grafiek)

4. Conclusie (4.1 Antwoord onderzoeksvraag 4.2 verwachting klopt wel/niet)

5. Evaluatie(5.1 Reflectie, 5.2 Bronnen)

Les evaluatie

Wat zijn de stappen van het onderzoek doen?

Wat is nog lastig?

Wat ging goed?

Volgende les verder met het onderzoek.