2.4 Isotopen

 Atoombouw 
Isotopen
1 / 19
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

 Atoombouw 
Isotopen

Slide 1 - Slide

Atoombouw
Een atoom bestaat uit:
- elektronen
- protonen (kern)
- neutronen (kern)

Slide 2 - Slide

Atoomnummer
Alle atomen van dezelfde soort hebben hetzelfde atoomnummer.

  • atoomnummer = aantal protonen
  • aantal elektronen = aantal protonen 
  • massagetal = aantal protonen + aantal neutronen


Slide 3 - Slide

Isotopen
Meeste elementen hebben meerdere isotopen. 

Isotopen zijn atomen met hetzelfde aantal protonen in de kern, maar een ander aantal neutronen

Isotopen hebben dus hetzelfde atoomnummer, maar een andere massa.

Slide 4 - Slide

Atoomnummer, massagetal en isotopen

Slide 5 - Slide

Isotopen

Slide 6 - Slide

Atoomnummer, massagetal en isotopen

Slide 7 - Slide

Voorbeeld: chloor
Twee isotopen van chloor in de natuur: Cl-35 en Cl-37






Slide 8 - Slide

Voorbeeld: chloor
Twee isotopen van chloor in de natuur: Cl-35 en Cl-37






Slide 9 - Slide

Rekenen aan isotopen
  • Veel atoomsoorten met meerdere isotopen
  • De lijst met massa's geeft gemiddelde aan
  • Boor heeft 2 isotopen               
massa
%
10
19,9
11
80,1
Gemiddelde atoommassa

100(19,910+80,111)=10,8

Slide 10 - Slide

Rekenen aan isotopen
Bereken de gemiddelde atoommassa van Magnesium
2 decimalen
massa
24
25
26
%
79
10
11

Slide 11 - Slide

Isotopen
Meeste elementen hebben meerdere isotopen. 

Isotopen zijn atomen met hetzelfde aantal protonen in de kern, maar een ander aantal neutronen

Isotopen hebben dus hetzelfde atoomnummer, maar een andere massa.

Slide 12 - Slide

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 24. Hoeveel protonen heeft natrium?
A
11
B
12
C
23
D
34

Slide 13 - Quiz

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 24. Hoeveel elektronen heeft natrium?
A
11
B
12
C
23
D
34

Slide 14 - Quiz

Natrium heeft atoomnummer 11 en massagetal 24. Hoeveel neutronen heeft natrium?
A
11
B
12
C
13
D
24

Slide 15 - Quiz

Het atoomnummer is het aantal...
A
protonen van een atoom
B
neutronen van een atoom
C
elektronen van een atoom
D
protonen en elektronen van een atoom

Slide 16 - Quiz

Wat is een isotoop?
A
Zelfde atoom, andere massa
B
Ander atoom, zelfde massa
C
Zelfde atoom, ander atoomnummer
D
Ander atoom, zelfde atoomnummer

Slide 17 - Quiz

Isotopen verschillen van elkaar in ...
A
Aantal protonen
B
Aantal elektronen
C
Aantal protonen en elektronen
D
Aantal neutronen

Slide 18 - Quiz

N-14 heeft 7 protonen en 7 neutronen.
C-14 heeft 6 protonen en 8 neutronen.
N-14 en C-14 zijn isotopen
A
ja
B
nee
C
soms

Slide 19 - Quiz