Smart leerdoelen

Smart leerdoelen
1 / 10
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 10 slides, with interactive quiz and text slides.

Items in this lesson

Smart leerdoelen

Slide 1 - Slide

Schrijf jouw leerdoel op van vorige week:

Slide 2 - Mind map

Lesdoel
Aan het eind van de les, kan je: 

  • Van een vaag doel een S.M.A.R.T. doel maken.
  • Voor jezelf twee S.M.A.R.T. leerdoelen  opschrijven. 

Slide 3 - Slide

Opdracht
Wat:  Formuleer 1 of 2 S.M.A.R.T. doelen die deel zijn van het grotere doel:           'ik wil overgaan. 
Hoe: Overleggen mag, maar maak eigen doelen. 
Maak de doelen zo KLEIN mogelijk, zodat je ze zo SNEL mogelijk haalt.
Hulp: Gebruik het SMART werkblad. 
Tijd: 10 a 15 minuten
Klaar: Klassikaal bespreken. 

Slide 4 - Slide

Waar staat het voor?
S - Specifiek - Beschrijf het doel concreet: "Ik ga.... wanneer? waar? 

M - Meetbaar - Wat ga ik doen? Hoe? Wanneer? Hoeveel? 

A - Acceptabel - Kan ik het? Wat zou me kunnen tegenwerken? (obstakels)

R - Relevant & Realistisch - Dit doel doet er toe want.... 

T - Tijdsgebonden -  Ik begin op .... Ik ben klaar op.......

Slide 5 - Slide

Planning


  • Wat zijn S.M.A.R.T. doelen?
  • Oefenen
  • Zelf een leerdoel maken

Slide 6 - Slide

TIPS om doelen smart te formuleren 
Niet toepassen:
  • meer
  • beter

Wel toepassen:
  • Ik
  • kan 
  • Wat zie je of hoor je als je het doel hebt gehaald 

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Voorbeeld
Ik wil vanaf het begin van de periode elke week 2 uur huiswerk maken.

Slide 9 - Slide

Ik wil mijn gemiddelde cijfer voor wiskunde verbeteren van een 6,5 naar minimaal een 7.
Ik ga elke week 10 extra sommen maken uit de oefenopgaven in mijn boek en twee keer per week uitlegvideo’s bekijken over onderwerpen waar ik moeite mee heb.
Ik wil dit doel bereiken binnen twee maanden, vóór het einde van het volgende toetsmoment. 
Ik ben tevreden als ik elke week heb geoefend en mijn cijfer omhoog is gegaan met een 0,5 cijfer. 

Slide 10 - Slide