5V H9.3 Elektrochemische cel les 2

H9 Redoxchemie
H9.3 Energie uit redoxreacties 
les 2 NOVA 5VWO
Leg klaar:
- laptop
- schrift + pen
- boek
- Binas
1 / 32
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolvwoLeerjaar 5

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H9 Redoxchemie
H9.3 Energie uit redoxreacties 
les 2 NOVA 5VWO
Leg klaar:
- laptop
- schrift + pen
- boek
- Binas

Slide 1 - Slide

Elektrochemische cel

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet wat een electrochemische cel is en hoe deze is opgebouwd. 
  • Je kan uitrekenen hoeveel stroom een batterij of accu kan leveren voor hij op is.
  • Je kan de bouw en de werking van een brandstofcel beschrijven.

Slide 3 - Slide

Onderdelen elektrochemische cel
1) twee gescheiden halfcellen (één voor
    oxidator en één voor reductor) met
    elektrolyt (elektrisch geleidende
    oplossing

2) een elektrode (elektrisch geleidend
    materiaal) in elke halfcel

3) verbinding (stroomdraad) tussen
     elektroden

4) zoutbrug (gevuld met zoutoplossing)
in plaats van een zoutbrug wordt ook wel een ion-
selectief semi-permeabel membraan gebruikt
vaak van een (edel)metaal of grafiet

Slide 4 - Slide

Daniell cel
1836: verbetering van de 'zuil van Volta' (de eerste 'batterij') door John Frederic Daniell

Slide 5 - Slide

Welk deeltje zal als reductor reageren in de redoxreactie die plaats vindt wanneer de Daniell cel stroom levert?
A
Zn
B
Cu
C
Zn2+
D
Cu2+

Slide 6 - Quiz

De halfcel van de reductor in de Daniell cel

Slide 7 - Slide

Welk deeltje zal als oxidator reageren in de redoxreactie die plaats vindt wanneer de Daniell cel stroom levert?
A
H2O
B
SO42
C
Zn2+
D
Cu2+

Slide 8 - Quiz

De halfcel van de reductor én de halfcel van de oxidator in de Daniell cel

Slide 9 - Slide

De reductor en oxidator zijn van elkaar gescheiden en kunnen dus niet direct elektronen aan elkaar elektronen overdragen. De halfcellen zijn met elkaar verbonden, waardoor de elektronen toch, via een omweg, indirect kunnen worden doorgegeven. De elektronen stromen dan...
A
via de zoutbrug van de Zn-elektrode naar de Cu-elektrode
B
via de zoutbrug van de Cu-elektrode naar de Zn-elektrode
C
via de stroomdraad van de Zn-elektrode naar de Cu-elektrode
D
via de stroomdraad van de Cu-elektrode naar de Zn-elektrode

Slide 10 - Quiz

Een batterij of elektrochemische cel heeft twee polen: een + pool en een - pool. Maar welke is de + pool en welke is de - pool in de Daniell cel? (2 antwoorden zijn juist)
A
de elektrode waar de reductor reageert is de + pool
B
de elektrode waar de oxidator reageert is de + pool
C
de Zn elektrode is de - pool
D
de Cu elektrode is de - pool

Slide 11 - Quiz

Elektronen stromen buitenom via stroomdraad van:

de - pool 
(waar de reductor reageert)

naar:

de + pool (waar de oxidator reageert)

Slide 12 - Slide

Er loopt nog geen stroom, want de stroomkring is nog niet gesloten!

(zie de paarse pijlen)

Slide 13 - Slide

De ladingsverschuiving door de halfreacties moet worden gecompenseerd. Om de stroomkring te sluiten en een stroom te laten lopen, bewegen de...
A
elektronen via de zoutbrug van de rechter halfcel naar de linker halfcel
B
elektronen via de zoutbrug van de linker halfcel naar de rechter halfcel
C
ionen uit de ene halfcel stromen via de zoutbrug naar de andere halfcel
D
de + en - ionen uit de zoutbrug stromen elk naar een andere halfcel

Slide 14 - Quiz

De ionen uit de zoutbrug zorgen dus voor de compensatie van de ladingsverschuiving. Om de stroomkring te sluiten en een stroom te laten lopen, bewegen de... (2 antwoorden zijn juist)
A
natriumionen uit de zoutbrug naar de linker halfcel
B
natriumionen uit de zoutbrug naar de rechter halfcel
C
chloride-ionen uit de zoutbrug naar de linker halfcel
D
chloride-ionen uit de zoutbrug naar de rechter halfcel

Slide 15 - Quiz

Linker halfcel:
Door ontstaan van Zn2+ ionen, moeten Cl- ionen uit de zoutbrug naar links
(om de ontstane + lading te compenseren)


Rechter halfcel:
Door verdwijnen van Cu2+ ionen, moeten Na+ ionen uit de zoutbrug naar rechts
(om de verdwenen + lading te compenseren)
Sluiten van stroomkring

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Video

Halfcel van reductor
Halfcel van oxidator
- pool
+ pool
e- stroomt hierheen
e- stroomt hier weg
+ ionen stromen hierheen
- ionen stromen hierheen
Cu elektrode in Daniell cel
Zn elektrode in Daniell cel
elektrode neemt e- op
elektrode geeft e- af

Slide 18 - Drag question

Bronspanning of celspanning is spanning die cel (batterij) levert.

Te berekenen m.b.v. standaard elektrodepotentialen U0 (V) uit Binas 48
(meest rechter kolom).




Cel levert alleen stroom wanneer celspanning > 0.
Bronspanning

Slide 19 - Slide

De bronspanning van de Daniell cel is
A
+0,42 V
B
-0,42 V
C
+1,10 V
D
-1,10 V

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Rekenen aan elektrochemische cellen
De zink electrode wordt steeds kleiner. De koper elektrode wordt juist steeds zwaarder.

Kan je uitrekenen hoeveel zink verbruikt is als de cel gedurende 1,0 uur een stroom van 250 mA heeft geleverd?

Slide 22 - Slide


Stroomsterkte I in ampere =

 hoeveelheid lading in coulomb die per seconde een punt in de stroomkring passeert.

(1 A = 1 C/s )

PLAN
stroomsterkte en tijd 

hoeveelheid lading die is getransporteerd in de stroomkring

aantal mol elektronen dat is getransporteerd

aantal mol Zn dat heeft gereageerd

Slide 23 - Slide







Als de cel gedurende 1,0 uur een stroom van 250 mA heeft geleverd is dus getransporteerd:

Q = I * t
    = 250 * 10-3 * 60 * 60 = 900 C

Slide 24 - Slide







Als de cel gedurende 1,0 uur een stroom van 250 mA heeft geleverd is dus getransporteerd:

Q = I * t
    = 250 * 10-3 * 60 * 60 = 900 C




ne = Q / F 
       = 900 / 9,648 * 104
       = 0,0094 mol elektronen

molverhouding Zn : e = 1  : 2
dus 0,0047 mol Zn heeft gereageerd.
Dat is 0,0047 * 65,38 = 0,31 g zink

Slide 25 - Slide

Maak opgave 22
timer
10:00

Slide 26 - Slide

Maak opgave 22

Slide 27 - Slide

Slide 28 - Slide

Brandstofcel
Doorstroomcel waarbij de brandstof (bv H2 of CH4) reageert als reductor en zuurstof als oxidator

Slide 29 - Slide

Maak opgave 24

Slide 30 - Slide

Maak opgave 24

Slide 31 - Slide

eigen werk
Bestudeer H9.3 helemaal
Oefen begrippen met de online flitskaarten
Maak opgave 19, 20, 21, 22 en 24 en kijk na
(opgave 20 en 22 heb je in de les al aan gewerkt)


Slide 32 - Slide