hst 6 paragraaf 1 "licht en schaduw"

"Licht en Schaduw"
1 / 15
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmboLeerjaar 2

This lesson contains 15 slides, with interactive quiz, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 40 min

Items in this lesson

"Licht en Schaduw"

Slide 1 - Slide

leerdoelen
Je kunt voorbeelden noemen van natuurlijke en kunstmatige lichtbronnen.
Je kunt schematisch lichtstralen tekenen.
Je kunt uitleggen hoe je voorwerpen om je heen kunt zien die zelf geen licht geven.
Je kunt de schaduw van een voorwerp tekenen.
Je kunt uitleggen welke schaduwbeelden ontstaan als een voorwerp verlicht wordt door één lamp of door twee lampen.

Slide 2 - Slide

Licht en schaduw.......
Waar denk je dan aan?

Slide 3 - Mind map

Slide 4 - Video

Intro
In het donker zie je bijna niets. Alleen als er licht van een voorwerp op je ogen valt, kun je dat voorwerp zien. De meeste voorwerpen geven zelf geen licht, daardoor kun je ze in het donker vaak niet goed zien.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Lichtbronnen
Een voorwerp dat zelf licht geeft = lichtbron

Kunstmatige lichtbronnen
Natuurlijke lichtbronnen 

Slide 7 - Slide

Lichtstralen 

Slide 8 - Slide

Lichtstralen teruggekaatst

Slide 9 - Slide

Schaduwbeelden maken
Als een voorwerp het licht van de lichtbron tegenhoudt, ontstaat er een schaduw. Dat is een gebied waar het licht niet rechtstreeks kan komen 
 

Schaduw ontstaat als licht wordt tegengehouden.

Slide 10 - Slide

Omdat licht langs rechte lijnen beweegt, kun je op een eenvoudige manier de schaduw van een voorwerp tekenen.   

1 Teken de lichtstralen die net niet door het voorwerp tegengehouden worden (de ‘randstralen’).   

2 Kleur het gebied achter het voorwerp dat tussen de twee randstralen in ligt. Dit is het gebied waar het licht niet rechtstreeks kan komen: het schaduwgebied.
Zo teken je de schaduw van een voorwerp.

Slide 11 - Slide

Kernschaduw en bijschaduw (of halfschaduw)
Als een voorwerp door één klein lampje wordt verlicht, krijg je een duidelijk schaduwbeeld. De overgang van licht naar donker is scherp. Als een voorwerp door twee lampjes wordt verlicht, ontstaan er twee schaduwbeelden. 
 

De schaduw van een hand die door twee lampjes wordt verlicht.
of bijschaduw

Slide 12 - Slide

Kernschaduw
Het licht van de twee lampjes kan hier niet komen.

Bijschaduw (of halfschaduw)
Hier kan het licht van het ene lampje wel komen, maar van het andere lampje niet. 
Zo ontstaan kernschaduw en bijschaduw.

Slide 13 - Slide

Kernschaduw + Bijschaduw 
(of halfschaduw)
Kernschaduw

Slide 14 - Slide

aan de slag
lezen en maken 6.1 

Slide 15 - Slide