Je weet welke afspraken er in de les Nederlands zijn.
Je weet hoe het boek Talent werkt.
Je weet wat je dit jaar kunt verwachten.
Slide 2 - Slide
Even voorstellen
wie ben ik?
Wie ben jij?
Hoe vind je Nederlands?
Slide 3 - Slide
klascodes
klascode Talent
TH1a: 324661
TH1b: 389542
klascode LessonUp
TH1a: aflsd
Th1b: txfqs
Slide 4 - Slide
afspraken in de les
waarom eigenlijk?
welke afspraken stellen jullie voor?
Slide 5 - Slide
afspraken in de les
Je komt op tijd in de les.
Je hebt alles bij je wat je nodig hebt.(laptop, boek, schrift, leesboek, pen, oortjes.....)
Je hebt altijd, dus elke les een Nederlands leesboek bij je.
Je telefoon zit in de tas of in je broekzak, deze staat op stil en ik zie je mobiel niet. (anders gaat deze in de telefoontas bij de deur)
Je zorgt dat jijzelf en de andere leerlingen de les goed kunnen volgen.
De docent zorgt dat het huiswerk en de toetsen op tijd in magister staat (huiswerk: uiterlijk vrijdagmiddag voor de nieuwe week, toetsen eerder)
Slide 6 - Slide
Hoe werkt Talent?
Je hebt 2 boeken (deel a en deel b).
Je kunt ook alles digitaal maken.
Totaal zijn er 5 hoofdstukken,elk hoofdstuk heeft 9 paragrafen.
We werken wel per hoofdstuk,maar niet per paragraaf.
We werken met doelen.
Je oefent extra als dat nodig is(versterk jezelf) en mag overslaan als je het al kunt.
Je test jezelf om te kijken of je het snapt (test jezelf)
woorden oefenen doe je met woordtrainer.
Bij overhoor jezelf kun je kijken of je je doelen hebt behaald.
Slide 7 - Slide
Wat kun je dit jaar verwachten?
Je leest drie boeken en krijgt daar een opdracht bij. (elke les mag je 10 minuten lezen)Dit hoort bij de hoofdstukken fictie, schrijven en formuleren, spreken, kijken luisteren en media en onderzoek.
Je leert veel nieuwe woorden.
Je herhaalt spelling en grammatica en leert nieuwe onderdelen.
Je leert hoe teksten in elkaar zitten en hoe deze onderdelen heten.
Slide 8 - Slide
zijn er nog vragen
Slide 9 - Slide
Hebben we het doel van deze les bereikt?
We maken kennis met elkaar
Ik weet welke afspraken er in de les Nederlands zijn.
Ik weet hoe het boek in elkaar zit.
Ik weet wat ik dit jaar kan verwachten.
Slide 10 - Slide
Wat neem je morgen mee?
Nederlands leesboek, of een tijdschrift, stripboek.