This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Slide 2 - Slide
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Mike laat een erfenis van 23.000 na aan zijn pleegkind Bo. Wat is de 1e stap die je zet voor het uitrekenen van de erfbelasting?
A
% vaststellen in schijf 1
B
% vaststellen in schijf 2
C
kijken of het bedrag meer of minder is dan 138.641
D
het vrijlatingsbedrag vaststellen
Slide 5 - Quiz
Mike laat zoals gezegd een erfenis na voor zijn pleegkind Bo van 23.000. Wat is het vrijlatingsbedrag voor Bo?
Slide 6 - Open question
Wat is nu dus het bedrag waarover je de erfbelasting uitrekent oftewel wat is de belastbare som?
Slide 7 - Open question
Krijg je nu bij Bo te maken met schijf 1 óf schijf 1 en 2? Leg uit.
Slide 8 - Open question
Omdat de erfenis niet hoger is dan 138.461 krijg je alleen je maken met schijf 1. Wat is het belastingpercentage wat je moet gebruiken én wat is dan de te betalen belasting door Bo over de erfenis?
Slide 9 - Open question
Wat zou de belasting zijn als de belastbare som over zijn erfenis 238.461 was? Zet de berekening incl. de % erbij.