Les 2 Omgaan met collega's. Taak 16 Teksten over je werk lezen en begrijpen

Wat verwacht je van het vak Nederlands?
1 / 22
next
Slide 1: Open question
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Wat verwacht je van het vak Nederlands?

Slide 1 - Open question

Wat zijn je ervaringen op het gebied van het vak Nederlands?

Slide 2 - Poll

Volwassentraject Nederlands
  • 4 examens -> officiële diploma- eis afgerond een 5
  • Mits rekenen een eindcijfer 6 is of andersom
  • Lezen/luisteren 2F (halverwege  november gele week)
  • Schrijven 2F (week na de kerstvakantie)
  • Spreken 2F (periode 3)
  • Gesprekken voeren 2F (periode 3)

Slide 3 - Slide

Methode DoorNederlands 2F
  • Digitaal en boek
  • Portal Drenthe College -> afgenomen licenties MBO Webshop -> Methode DoorNederlands
  • Lesoverzicht per periode
  • Actieve bijdrage 
  •  Studiepunten

Slide 4 - Slide

Lesdoelen
Aan het eind van de les kan ik:
  • Verschillende manieren van lezen toepassen;
  • Kan ik mijn mening geven en beargumenteren;
  • Kan ik aangeven wat feedback inhoudt.

Slide 5 - Slide

1. Communicatie
  • Non-verbaal/ verbale communicatie
  • Communicatiedoel
  • Vragen stellen en beantwoorden
  • Uit laten praten
  • Reageren op een ander
  • Ruis

Slide 6 - Slide

1. Communicatie

Slide 7 - Slide

4. Geven en ontvangen feedback
  • Positieve/ negatieve feedback
  • Feedback geven (kritiek): positief, opbouwend met ik-boodschap
  •  Ontvangen: sta er open voor, niet verdedigen, stel vragen

Slide 8 - Slide

43. Standpunt en argument
  • Standpunt: (stelling) mening/ opvatting over onderwerp
  • Argument: reden voor de mening of opvatting
  • Begint vaak met want
  • Voorbeelden, feiten, voordelen/ nadelen, vergelijken

Slide 9 - Slide

5. Manieren van lezen
Waarom? Scheelt tijd en begrijpt tekst beter.
  1. Oriënterend lezen
  2. Globaal lezen
  3. Intensief lezen
  4. Kritisch lezen 

Slide 10 - Slide

Oriënterend lezen
  • Titel
  • Tussenkopjes
  • Illustraties
  • Bron
  • Inleiding
  • Slot 

Slide 11 - Slide

Globaal lezen
  • Onderwerp
  • Hoofdzaken
  • Kernzinnen (begin/ eind alinea)
  • Signaalwoorden (helpt je tekst te begrijpen)
  • Samenvatting

Slide 12 - Slide

Intensief lezen
  • Tekst helemaal begrijpen
  • Aandachtig lezen
  • Leest informatie, standpunt, argumenten en voorbeelden
  • Zoekt betekenis moeilijke woorden op
  • Opbouw tekst
  • Hoofdgedachte

Slide 13 - Slide

Kritisch lezen
  • Beoordeelt de tekst
  • Leest vanuit de ogen van de schrijver
  • Wat wil de schrijver met de tekst bereiken 
  • Standpunt schrijver
  • Argumenten

Slide 14 - Slide

8. Informatie verwerken
  • Tijdens een video pen en papier bij de hand
  • schrijf steekwoorden op
  • maak een mindmap, woordspin, spiekbriefje
  • zo kort mogelijk

Slide 15 - Slide

Welke omschrijving past het best bij de communicatie?
A
een gesprek aangaan
B
een mail sturen
C
informatie delen tussen mensen
D
lost problemen op

Slide 16 - Quiz

Kies de juiste omschrijving van
te woord staan.
A
naar iemand luisteren en erop reageren
B
iemand bellen of appen
C
hoe je bekend bent (negatief/positief)
D
uitgaan met je vriendengroep

Slide 17 - Quiz

Wat past NIET bij
vluchtig bekijken
A
globaal
B
oppervlakkig
C
nauwkeurig
D
snel

Slide 18 - Quiz

Toepassen betekent:
A
niks mee doen
B
gebruiken
C
precies
D
helemaal

Slide 19 - Quiz

Evalueren
  • Verschillende manieren van lezen toepassen;
  • Oriënterend, globaal, intensief, kritisch lezen
  • Kan ik mijn mening geven en beargumenteren;
  • Standpunt (mening), argument (voorbeelden, feiten, voordelen/nadelen, vergelijken)
  • Kan ik aangeven wat feedback inhoudt.
  • ik- boodschap, positief/ stel vragen, niet verdedigen

Slide 20 - Slide

Volgende keer
Thema: Omgaan met collega's
Taak 16: Teksten over je werk lezen en begrijpen 

Slide 21 - Slide

Maken
Thema: Omgaan met collega's
Taak 16: Teksten over je werk lezen en begrijpen 2F
Opdracht online 2, 4, 5


Slide 22 - Slide