les 6 thema 5 hv1a

Welkom
Als je dit ziet zit je al (op tijd) in de les bij teams.
Log ook in (ander scherm/tabblad) bij de lessonup les.

Gebruik daar zowel je voor als achternaam.

Dit om achteraf te kunnen controleren of je actief hebt meegedaan met de les en de vragen.
Als ik dan je naam niet zie staan krijg je een afwezigheidsmelding in magister, om dat te voorkomen gebruik je eigen en volledige naam en doe de hele les mee.
1 / 32
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 32 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Welkom
Als je dit ziet zit je al (op tijd) in de les bij teams.
Log ook in (ander scherm/tabblad) bij de lessonup les.

Gebruik daar zowel je voor als achternaam.

Dit om achteraf te kunnen controleren of je actief hebt meegedaan met de les en de vragen.
Als ik dan je naam niet zie staan krijg je een afwezigheidsmelding in magister, om dat te voorkomen gebruik je eigen en volledige naam en doe de hele les mee.

Slide 1 - Slide

Deze les
Terugblik doelen vorige les.   
Uitleg nieuwe doelen.   
Opdrachten maken.   
Afsluiten; wat heb je deze les geleerd? 

Slide 2 - Slide

De leerdoelen voor deze week.
-Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.
-Je kunt de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven.
-Je kunt een reflexboog beschrijven.

Voor vwo ook:
-Je kunt uitleggen wanneer zintuigen prikkels omzetten in zenuwimpulsen.
-Je kunt de bouw en functie van drie typen zenuwcellen benoemen.

Vorige les de eerste twee, nu de rest.

Slide 3 - Slide

-Je kunt de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven.
Even herhalen.

Vorige les de bewuste reactie:
  • Impuls gaat eerst naar je hersenen, je wordt je bewust en je reageert.

En deze les de reflex.

Slide 4 - Slide

Hoe noemen we het rode gedeelte in het zenuwstelsel?
A
Het zenuwstelsel
B
De zenuwen
C
Het centrale zenuwstelsel
D
Het hersenstelsel

Slide 5 - Quiz

In welke richting verlopen in zenuwcel 1 impulsen? En in welke richting verlopen in zenuwcel 2 impulsen?
A
Zenuwcel 1: richting P Zenuwcel 2: richting R
B
Zenuwcel 1: richting P Zenuwcel 2: richting S
C
Zenuwcel 1: richting Q Zenuwcel 2: richting R
D
Zenuwcel 1: richting Q Zenuwcel 2: richting S

Slide 6 - Quiz

Van groot naar klein is de juiste volgorde ...
A
Zenuwen - Zenuwcellen - Zenuwstelsel
B
Zenuwcellen - Zenuwstelsel - Zenuwen
C
Zenuwstelsel - Zenuwen - Zenuwcellen
D
Zenuwen - Zenuwstelsel - Zenuwcellen

Slide 7 - Quiz

Waar liggen schakelcellen in het zenuwstelsel?
A
Alleen in het centrale zenuwstelsel
B
Binnen en net buiten het centrale zenuwstelsel
C
Helemaal buiten het centrale zenuwstelsel
D
In de zintuigen

Slide 8 - Quiz

Je kunt een reflexboog beschrijven. 
Reflex
  • Impulsen gaan niet via de hersenen.
  • Vaste, snelle, onbewuste reactie op een prikkel.
Voorbeeld: pupilreflex, kniepeesreflex, hete kraan.

Slide 9 - Slide

Je kunt een reflexboog beschrijven. 
Reflex
  • Schakelcellen liggen in het CZ
  • Brengen impulsen over van de ene zenuwcel naar de andere

  • Weg die impulsen afleggen noemen we de reflexboog

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Video

Je kunt een reflexboog beschrijven. 
Uitleg proefje 6 blz 157.
De kniepeesreflex.

Slide 13 - Slide

Havo gaat aan het werk.
-Te lezen / bestuderen de tekst van B4 en practicum 6 
-Te maken: B4 opdracht 1 t/m 9 
-Te doen: practicum 6 blz 157. DOE DIT EERST
-Antwoorden van de opdrachten controleren  
-Formatief toetsen van de leerdoelen met 
  • de flitskaarten en 
  • de test je zelf.
Kom wel 20 minuten voor einde les weer terug.

Slide 14 - Slide

-Je kunt uitleggen wanneer zintuigen prikkels omzetten in zenuwimpulsen. 
Impulsen zijn elektrische seintjes die komen van de zintuigen via de zenuwen naar de hersenen.

(En impulsen gaan ook vanuit de hersenen naar spieren en klieren)

Slide 15 - Slide

-Je kunt uitleggen wanneer zintuigen prikkels omzetten in zenuwimpulsen. 
Drempelwaarde en gewenning.
Drempelwaarde is de kleinste prikkelsterkte die een impuls veroorzaakt. 
 
De drempelwaarde is niet altijd even hoog. Dat komt door gewenning ( je went eraan) of door de motivatie (die beinvloed de drempelwaarde).

Slide 16 - Slide

-Je kunt uitleggen wanneer zintuigen prikkels omzetten in zenuwimpulsen. 
Wat is een adequate prikkel?

Het type prikkel waar een zintuigcel speciaal gevoelig voor is. 
 
Bijvoorbeeld, een gezichtszintuig  (oog) is speciaal gevoelig voor LICHT. 
of.... een gehoorzintuig (oor) is speciaal gevoelig voor GELUID.

Slide 17 - Slide

-Je kunt de bouw en functie van drie type zenuwcellen benoemen.
1) Gevoelszenuwcel: Impuls loopt van een zintuig naar het centrale zenuwstelsel.


Cellichaam ligt vlak bij het CZ.

Heeft 1 lange uitloper van zintuig naar cellichaam toe.

Slide 18 - Slide

-Je kunt de bouw en functie van drie type zenuwcellen benoemen.
2) De schakelcellen 
Liggen in het in het centrale zenuwstelsel.
Ze geleiden impulsen binnen het CZ.
Ze verbinden gevoelszenuwcellen en bewegingszenuwcellen met elkaar en met de hersenen. Ze schakelen alle verbindingen door met elkaar.  

Slide 19 - Slide

-Je kunt de bouw en functie van drie type zenuwcellen benoemen.
3) De bewegingszenuwcellen.
Geven impulsen vanuit het CZ door naar de spieren of klieren.
Cellichaam ligt in het CZ.

Heeft 1 lange uitloper van het cellichaam naar de spier of klier toe.

Slide 20 - Slide

-Je kunt de bouw en functie van drie type zenuwcellen benoemen.

En nu alle drie  bij elkaar in 1 plaatje.

Slide 21 - Slide

Leerdoelen:
-Je kunt de bouw en functies van het zenuwstelsel beschrijven.
-Je kunt de bouw van zenuwcellen en zenuwen beschrijven.
-Je kunt een reflexboog beschrijven.
Voor vwo ook:
-Je kunt uitleggen wanneer zintuigen prikkels omzetten in zenuwimpulsen.
-Je kunt de bouw en functie van drie typen zenuwcellen benoemen.

Kun je bereiken door:
-Te lezen / bestuderen de tekst van basisstof 4 en vwo ook B7
-Te maken: B4 opdracht 1 t/m 9 en vwo ook B7 opdr 1 t/m 6
-Te doen practicum 6; de kniepeesreflex (blz 157) DIT EERST
-De antwoorden van de opdrachten serieus te controleren.   
-Je kennis van de leerdoelen te toetsen met de flitskaarten en de test je zelf.
Na afloop nog 7 vragen via lessonup, zorg dat je op tijd klaar zit en mee doet.  
Zorg dat je om
13:55 uur 
klaar zit met de lessonup open.
timer
10:00

Slide 22 - Slide

Wat is je antwoord bij opdracht 1 van het proefje bij vraag a en b? (blz 157).

Slide 23 - Open question

Bekijk de afbeelding
Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 24 - Quiz

Bekijk de afbeelding.
Is dit een bewuste reactie
of een reflex?
A
Bewuste reactie
B
Reflex

Slide 25 - Quiz

Via welk deel van het zenuwstelsel loopt een reflex?
A
Gevoelszenuwcel, ruggenmerg, bewegingszenuwcel
B
Gevoelszenuwcel, ruggenmerg, hersenen, bewegingszenuwcel

Slide 26 - Quiz


Dit is een ...
A
Bewegingszenuwcel
B
Gevoelszenuwcel
C
Schakelcel
D
Zenuw

Slide 27 - Quiz

Waar ligt het cellichaam van de gevoelszenuwcel?
A
in het centrale zenuwstelsel
B
buiten het centrale zenuwstelsel

Slide 28 - Quiz

Welke zenuwcellen liggen in hun geheel in het centrale zenuwstelsel?
A
bewegingszenuwcel
B
gevoelszenuwcel
C
schakelcellen

Slide 29 - Quiz

Afsluiting.
Wat nog niet af is van de studiewijzer van deze week is huiswerk voor de 1e les van volgende lesweek. (Maandag)
(Denk om het extra punt bij de toets)

Extra uitleg nodig?

Gebruik dan de volgende links en/of kijk de lessonup nog een keer.


Slide 30 - Slide

Tot de volgende keer.
Fijne vakantie!

Blijf gezond, let op elkaar en hou je schoolwerk bij.

Je kunt de vergadering (teams) nu verlaten.

Slide 32 - Slide