Les6-Toeslagenaffaire

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

Lesprogramma vandaag

Toeslagen

1: Het kabinet Rutte is demissionair. Wat betekent dit?

1. Mogen geen beslissingen nemen
2. Handelen alleen lopende zaken af
3. Hebben geen doel meer
4. Worden aangeklaagd

2: Wie moeten de ministers controleren?

1. Het kabinet
2. De regering
3. De Belastingdienst
4. Het parlement

3: Wie hebben er mee ingestemd dat er een strengere fraudewetgeving is gekomen?

1. Regering+parlement
2. De onafhankelijke rechters
3. De Belastingdienst
4. De minister

4: Wie is verantwoordelijk voor de Belastingdienst?

1. De Staatsecretarissen voor financiën
2. De minister-president
3. De directeur van De Belastingdienst
4. Het OM

5: Wie heeft bepaalt dat Rutte moest aftreden?

1. De POK
2. De koning
3. De Belastingdienst
4. Rutte onder druk van de TK

6: Welke individuele minister heeft zijn functie neergelegd?

1. Asscher
2. Wiebes
3. Rutte
4. Grapperhaus

7: Wie was de verantwoordelijk minister in de tijd van de wetgeving die oorzaak is van deze aanpak?

1. Rutte
2. Snel
3. Wiebes
4. Asscher

8: Van Huffelen is nu de verantwoordelijk staatssecretaris. Wat is een staatsecretaris?

1. Een verantwoordelijk ambtenaar
2. Medewerker belastingdienst
3. Onderminister
4. Iemand van het OM

10: Wat is de functie van Azarkan?

1. Minister
2. Staatsecretaris
3. Ambtenaar
4. Tweede Kamerlid

11: Van welk recht maakt mevrouw Leyen van de SP gebruik?

1. Vragenrecht
2. Motie
3. Interpellatie
4. Geen specifiek recht

12: Wat is de functie van Wilders?

1. Tweede Kamerlid
2. Minister
3. Eerste Kamerlid
4. Bestuurder

13: Wat is de functie van Dijkhof?

1. Minister
2. Kabinetslid
3. Staatsecretaris
4. Fractievoorzitter

14: Wat vinden jullie ervan dat Rutte op zijn mobiel zit tijdens het debat?

15: Bedenk een maatregel die je zou kunnen nemen om dit in de toekomst te voorkomen

16: Stel dat je mocht stemmen. Hoe beïnvloedt deze affaire je stemgedrag?