25-10-lunes-v2-hora-ir

¡Bienvenidos!
1 / 21
next
Slide 1: Slide
SpaansMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

¡Bienvenidos!

Slide 1 - Slide

¿Qué vamos a hacer?
Herhalen kloktijden
Herhalen verbo 'ir'
Een leesopdracht uit het boek maken

Slide 2 - Slide

Hoe zat het ook alweer?
Bespreek in tweetallen, beantwoord de volgende vragen: 
1. Wat is de volgorde van het zeggen van de tijd?
2. Wanneer gebruik je 'es' en wanneer 'son'? 
3. Wanneer gebruik je 'y' en wanneer 'menos'? 
4. Wanneer gebruik je 'en punto'?
5. . Waar moet je nog meer aan denken?
timer
3:00

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

son las doce y media

Slide 6 - Open question

¿Qué hora es?
13.15

Slide 7 - Open question

¿Qué hora es?
13.40

Slide 8 - Open question

¿Qué hora es?

Slide 9 - Open question

¿Qué hora es?

Slide 10 - Open question

Transcribe la hora:
22.25

Slide 11 - Open question

Transcribe la hora:
10.50

Slide 12 - Open question

Ik snap het klokkijken in het Spaans
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

El verbo 'ir'

Slide 14 - Slide

Yo
Él / ella / usted
Nosotros/-as
Vosotros/-as
Ellos / ellas / ustedes
voy
vas
va
vamos
vais
van

Slide 15 - Drag question

voy 
vas
va
vamos 
vais
van
YO 
tú 
Carlos 
Mis amigos y yo
Javier y tú 
Sara y Javier 

Slide 16 - Drag question

Completa con la forma correcta del verbo 'ir':
1. Mañana ... (yo) al cine.

Slide 17 - Open question

Completa con la forma correcta del verbo 'ir':
2. ¿..... (vosotros) a comer en este bar?

Slide 18 - Open question

Completa con la forma correcta del verbo 'ir':
3. Mis hermanos no ... de compras

Slide 19 - Open question

Completa con la forma correcta del verbo 'ir':
4. Este verano ..... (nosotros) a la playa.

Slide 20 - Open question

Paso Adelante (boek)
Boek 1 - Capítulo 4: Onderdeel H  (TB: p. 39; WB p. 21)
Maak de opdrachten 23 t/m 25c.

Maak het individueel. Als je ergens niet uitkomt, mag je zachtjes overleggen. 

Dit is ook het huiswerk

Eerder klaar? Leer de woordjes van capítulo 4. werkboek p. 31 y 32

Slide 21 - Slide