hoofdstuk 5

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

hoofdstuk 5

proef toets

Wat is de maatschappelijke ladder?

1. Maatschappelijke posities van hoog naar laag
2. Inkomens van hoog naar laag
3. De invloed die mensen hebben van veel naar weinig
4. Opleidingsniveaus van hoog naar laag

Klimmen op de maatschappelijke ladder

1. Sociale mobiliteit
2. Sociale ongelijkheid
3. Maatschappelijke positie
4. Beeldvorming

Wat doet de overheid tegen sociale ongelijkheid?

1. Iedereen moet verplicht naar school als ze geen werk hebben.
2. De overheid doet niets aan sociale ongelijkheid.
3. Mensen kunnen in aanmerking komen voor een uitkering.
4. Helpen met de Nederlandse taal en cultuur.

Sociale mobiliteit betekent:

1. Je kunt klimmen op de maatschappelijke ladder
2. Macht, kennis en geld zijn niet gelijk verdeeld over de samenleving.
3. Alle maatschappelijke posities van hoog naar laag
4. Je kunt bewegen, zoals dansen, waardoor je een betere positie hebt.

Sociale ongelijkheid is:

1. Dat niet iedereen dezelfde kansen heeft in de samenleving.
2. Dat niet iedereen sociaal is.
3. Dat mensen gediscrimineerd worden.
4. Dat sommige mensen meer geld verdienen dan anderen.

Sleep de woordennaar de juiste plaats in de piramide.

Lichamelijke behoeften

Zelfontwikkeling

Zekerheid

Waardering

Sociale contacten

Wat is sociale mobiliteit?

1. Dat mensen zich over de aarde verplaatsen. We zitten niet vast aan een woonplaats.
2. Dat mensen makkelijk kunnen wisselen van partners.
3. Als je kan wisselen van werk het is geen bindende keuze, je kan klimmen op de maatschappelijke ladder.
4. Bestaat niet.

Burgemeester Aboutaleb startte op de lagere
technische school, doorliep vele
vervolgopleidingen en is nu
burgemeester van Rotterdam. Hem is het
gelukt ongelijkheid te verminderen door

1. positietoewijzing
2. positieverwerving

De sollicitatiecommissie kiest uit
7 vergelijkbare kandidaten nr. 4.
Welke oorzaak van
ongelijkheid herken je?

1. positietoewijzing
2. positieverwerving

sociale ongelijkheid
bestaat tussen mensen op basis van

1. beroep en opleiding
2. opleiding en inkomen
3. inkomen en woonsituatie
4. beroep en inkomen

"Als je die bijlessen niet kunt betalen is het ook
al moeilijker om over te gaan". Bij welke soort
ongelijkheid hoort dit?

"Als je die bijlessen niet kunt betalen is het ook al moeilijker om over te gaan". 

Bij welke soort ongelijkheid hoort dit?

1. Ongelijke verdeling van bezit
2. Ongelijke verdeling van macht
3. Ongelijke verdeling van aanzien

Het verschil heeft met het inkomen van ouders te maken.

Er worden kaartjes weggegeven voor een belangrijke
voetbalwedstrijd. Hoe komt het dat bijvoorbeeld Guus
Meeuwis daar een grotere kans op maakt dan jouw buurman?

Er worden kaartjes weggegeven voor een belangrijke voetbalwedstrijd. Hoe komt het dat bijvoorbeeld Guus Meeuwis daar een grotere kans op maakt dan jouw buurman?

1. Ongelijke verdeling van bezit
2. Ongelijke verdeling van macht
3. Ongelijke verdeling van aanzien

Het verschil heeft met het aanzien van Guus Meeuwis te maken. Hij wordt sneller en makkelijker voor dingen uitgenodigd omdat mensen hem er graag bij willen hebben.

Sleep de afbeelding naar de juiste cultuur.

Elitecultuur

Massacultuur

Waar kiest de elitecultuur eerder voor? En waar kiest de massacultuur eerder voor? Sleep naar de juiste plaats.

De elitecultuur kiest eerder voor...

De massacultuur kiest eerder voor...

Bier

Voetbal

Klassieke muziek

Whiskey

Top40 muziek

Driedelig pak

iPhone

Hockey

VIP-plek

Trainings-pak

Derde rang

Huawei

Zet de beroepen in de juiste volgorde. Zet het begroep met de meeste macht, het meeste aanzien of het meeste bezit bovenaan.

Ed Sheeran begon met het schrijven van liedjes toen hij
nog jong was. Nu is hij een van de bekendste
singer-songwriters van de wereld. Dit is een voorbeeld van...

Ed Sheeran begon met het schrijven van liedjes toen hij nog jong was. Nu is hij een van de bekendste singer-songwriters van de wereld. Dit is een voorbeeld van...

1. ...positieverwerving
2. ...positietoewijzing

waarom heeft de redenering van de gemeente Rotterdam betrekking op positieverwerving?

1. aanleren van straattaal en gebrekkige kennis van de Nederlandse taal leidt tot irritatie
2. aanleren van straattaal en gebrekkige kennis van de Nederlandse taal leidt tot verwarring
3. aanleren van straattaal en gebrekkige kennis van de Nederlandse taal leidt tot minder kansen
4. aanleren van straattaal en gebrekkige kennis van de Nederlandse taal leidt tot mogelijkheden

Extreem-links

Midden

Links

Rechts

Extreem-rechts

Zet de begrippen op de juiste plaats op de links-rechts verdeling.

Nachtwakersstaat

Eigen verantwoordelijkheid

Planeconomie

Bestaanszekerheid

Met deze vraag is de vorige les geëindigd. Een belangrijke opfrisser waar deze les verder op zal doorgaan.

Extreem-links

Midden

Links

Rechts

Extreem-rechts

Zet de begrippen op de juiste plaats op de links-rechts verdeling.

Eigen verantwoordelijkheid

Bestaanszekerheid

Met deze vraag is de vorige les geëindigd. Een belangrijke opfrisser waar deze les verder op zal doorgaan.

Voor welke samenleving is deze politieke partij?

Voor welke samenleving is deze politieke partij?

1. Verzorgingsstaat
2. Participatiesamenleving

Dit is het standpunt van de VVD

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

1. Artikel 19 - Zorg voor baan en veilig werk
2. Artikel 20 - Zorg voor armen
3. Artikel 21 - Zorg voor woonomgeving
4. Artikel 22 - Zorg voor gezondheid en huizen

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

1. Artikel 20 - Zorg voor armen
2. Artikel 21 - Zorg voor woonomgeving
3. Artikel 22 - Zorg voor gezondheid en huizen
4. Artikel 23 - Zorg voor onderwijs

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

1. Artikel 19 - Zorg voor baan en veilig werk
2. Artikel 20 - Zorg voor armen
3. Artikel 22 - Zorg voor gezondheid en huizen
4. Artikel 23 - Zorg voor onderwijs

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

1. Artikel 20 - Zorg voor armen
2. Artikel 21 - Zorg voor woonomgeving
3. Artikel 22 - Zorg voor gezondheid en huizen
4. Artikel 23 - Zorg voor onderwijs

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

Bij welk artikel hoort deze krantenkop?

1. Artikel 19 - Zorg voor baan en veilig werk
2. Artikel 20 - Zorg voor armen
3. Artikel 21 - Zorg voor woonomgeving
4. Artikel 23 - Zorg voor onderwijs