H3 par. 3.5 Koningen willen meer macht

H3 Kastelen, kloosters en steden
Par. 3.5 Koningen willen meer macht
1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H3 Kastelen, kloosters en steden
Par. 3.5 Koningen willen meer macht

Slide 1 - Slide

Middeleeuwen
  • De hele middeleeuwen duurden van 500-1500
  • De late middeleeuwen duurden van 1000 - 1500
  • Tijd van steden en staten 1000-1500

Slide 2 - Slide

Invalshoeken
  • Economisch: 
  • Wat zijn de middelen van bestaan? 
  • Leven mensen van de jacht, landbouw, industrie?
  • Hoe komen mensen aan hun inkomsten?
  • Geld
 

Slide 3 - Slide

Invalshoeken
  • Politiek-bestuurlijk: 
  • Bestuur
  • Wie is de baas? 
  • Welke regels en wetten zijn er?
 

Slide 4 - Slide

Invalshoeken
  • sociaal: 
  •  Leefomstandigheden van mensen.
  •  Sociale lagen. 
  • Zijn er grote verschillen tussen mannen/vrouwen en arm/rijk? 
  • Leven de mensen in de stad of op het platteland?

Slide 5 - Slide

Invalshoeken
  • cultureel
  • Gaat vooral over:
  • geloof 
  • kunst 
  • wetenschap

Slide 6 - Slide

Continuïteit en verandering
  • Continuïteit: dingen blijven (langere tijd) hetzelfde.

  • Verandering: wanneer dingen anders worden.

Slide 7 - Slide

Leerdoelen
• Je kunt uitleggen dat het lastig was om een middeleeuws koninkrijk te besturen.
• Je kunt uitleggen waarom koningen hun gebieden centraal wilden besturen.
• Je kunt beschrijven hoe koningen probeerden hun macht te vergroten.

Slide 8 - Slide

  • Rond 500 waren overal in Europa koninkrijken ontstaan.
  • De adel hielp de koning bij het bestuur van zijn rijk en bij oorlogen.

  • Een groot rijk besturen was lastig, omdat:
  • 1. De Koning rond moest reizen om controle te houden in zijn gebied:
  • Controleren of de adel gehoorzaam was, rechtspraak regelen, etc.
  • 2. Overal andere wetten en regels waren waar rekening mee gehouden moest worden.

Slide 9 - Slide

Centraal bestuur
Vanaf 1200 gingen koningen langzaam een aantal dingen veranderen in het bestuur.

Wat precies?

Slide 10 - Slide

Centraal bestuur
1. Koningen bleven steeds vaker op één plaats. Vanuit deze 'hoofdstad' bestuurden ze dan hun rijk.

2. Koningen probeerden in verschillende gebieden en steden dezelfde wetten en belastingen in te voeren.

Slide 11 - Slide

Centraal bestuur
3. Koningen probeerden de macht van de adel te verkleinen.
  • De adel had vaak eigen inkomsten uit grondbezit en een eigen leger. Hierdoor waren ze vaak niet gehoorzaam aan de koning.

Slide 12 - Slide

Centraal bestuur
Al deze veranderingen passen bij een centraal bestuur. 
Dat is een bestuur vanuit één plaats, waarbij overal in het koninkrijk dezelfde wetten en belastingen gelden.

Slide 13 - Slide

Centraal bestuur
  • Een voorbeeld van een heerser die een centraal bestuur wilde, was de hertog van Bourgondië.
  • Bestuurde Bourgondië (gebied in Frankrijk) en bezat gebieden in Nederland en België, zoals Holland, Zeeland en Vlaanderen.

Slide 14 - Slide

De Bourgondische hertogen en hun gebieden. De bijnaam ‘de Stoute’ betekent zoiets als ‘de moedige’.

Slide 15 - Slide

  • Vanaf 1200 probeerden koningen hun macht te vergroten.
  •  Dat kon omdat koningen steeds meer belasting in geld ontvingen van boeren en steden.
  • Hiermee betaalden ze:
  1. ambtenaren, die hen hielpen bij het bestuur.
  2. een huurleger.

Slide 16 - Slide

  • Omdat ambtenaren en huursoldaten een salaris van de koning ontvingen, waren zij aan hem gehoorzaam.
  •  De adel had vaak een eigen leger en eigen inkomsten uit grondbezit. Daardoor waren zij minder gehoorzaam aan de koning.

Slide 17 - Slide

  • Koningen gebruikten huurlegers om van edellieden hun leger en een deel van hun grond af te nemen. 
  • Koningen van Frankrijk en Spanje heel machtig hierdoor!
  • Dit werden staten met een centraal bestuur.

Slide 18 - Slide

Waarom konden middeleeuwse koningen vanaf 1200 proberen hun macht te vergroten?
A
Omdat ze meer belastinginkomsten in geld kregen
B
Omdat ze daar zin in hadden
C
Omdat ze een groter leger kregen
D
Omdat ze meer ambtenaren hadden

Slide 19 - Quiz

Hoe gingen koningen de extra belastinginkomsten uitgeven?
A
Aan meer ambtenaren die helpen met het bestuur
B
Aan een huurleger
C
Aan mooie paleizen
D
Aan een betere ridderoutfit

Slide 20 - Quiz

Waarom waren ambtenaren en huursoldaten meer gehoorzaam aan de koning dan de adel?
A
Omdat ze loon kregen van de koning en de adel niet.
B
Omdat ze brave mensen zijn en de adel niet.
C
Omdat ze anders gestraft worden en de adel niet.
D
Omdat ze trots zijn op de koning en de adel niet.

Slide 21 - Quiz