3.2 Instructieve teksten en herhaling 3.1 informatieve teksten

Planning
  • Welkom
  • Terugblik vorige les
  • Zijn er vragen en/of opmerkingen?
  • Uitleg 

  • Aan de slag!
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Planning
  • Welkom
  • Terugblik vorige les
  • Zijn er vragen en/of opmerkingen?
  • Uitleg 

  • Aan de slag!

Slide 1 - Slide

Welke informatieve teksten zijn er:

  • Nieuwsbericht
  •  Reportage
  • Achtergrondartikel
  • Brochure
  • Voorlichtingsfolder
  • Interview

Slide 2 - Slide

Welke kenmerken hebben informatieve teksten?


  • Bevat achtergrond informatie over bepaald onderwerp
  • Is objectief en bevat dus feiten geen mening.
  • Belangrijk dat lezer kan controleren waar de informatie vandaan komt (wat is de bron?).
  • Heeft vaak een vaste tekst structuur.

Slide 3 - Slide

Wat is nog meer belangrijk?
  • Maak een schrijfplan volgens de gekozen structuur. 
        NB: In Bijlage 2 op bladzijde 267 vind je een overzicht van   
        tekst structuren

  • Gebruik signaalwoorden om verbanden duidelijk te maken.

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Geef een voorbeeld van een informatieve tekst. Het mag geen krantenartikel zijn.

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Jullie zagen net twee afbeeldingen (voor- en achterkant) van een informatieve tekst. Wat voor tekst is dit? Benoem tenminste twee kenmerken waaraan je dat kunt zien.

Slide 9 - Open question

3.2 Instructieve teksten
Een instructieve tekst informeert je over hoe je iets moet doen. Een instructie heeft enkele specifieke kenmerken. Zo wordt de informatie vaak stapsgewijs gegeven en staan die stappen ook vaak in een dwingende, vaste volgorde: wat moet je eerst doen, wat daarna, enzovoort. Om die volgorde aan te geven, kunnen signaalwoorden worden gebruikt.


Slide 10 - Slide

Geef een voorbeeld van een instructieve tekst.

Slide 11 - Open question

Slide 12 - Slide

Nu maken en huiswerk voor over twee weken:
Paragraaf 3.2 Instructieve teksten opdracht 1, 2 & examenopdracht

Slide 13 - Slide