Schrijven H1 oefenen

Goedemorgen!

Goedemorgen  allemaal !
1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Goedemorgen!

Goedemorgen  allemaal !

Slide 1 - Slide

Start van de les
- Wat gaan we doen?
- Dag opening
- Terugblik vrijdag
- Opdracht Z&W
- Begrijpend lezen (1ste uur) en Nederlands (2de uur)
- Opgeschreven woorden van vrijdag.
* Lesdoel: Nieuwe woorden leren kennen uit de les Begrijpend lezen

Slide 2 - Slide

Nieuwsbegrip
Laptop blijft dicht

Slide 3 - Slide

Wat vind jij?
Geef je mening, vind jij het een goed idee, (gratis) ontbijten op school? Leg uit waarom je dit vindt.
Steek je vinger op, we roepen niet door elkaar heen.

Slide 4 - Slide

Ontbijten is gezond
Veel mensen ontbijten niet. Dit is ongezond. We hebben energierijke stoffen nodig om op school te kunnen komen. Op school hebben onze hersenen energie nodig om te kunnen werken. Daarnaast moeten wij ook nog warm blijven. 
Ontbijten we niet, willen we in de pauze graag een koek, chips of snoep. 

Slide 5 - Slide

Jeugdjournaal

Slide 6 - Slide

Onderwerp: Nationaal Schoolontbijt wil basisschoolkinderen het hele jaar ontbijt geven.  
Deelonderwerp:
Hoe kan een school meedoen?
Deelonderwerp:
Afhankelijk van subsidies.
Deelonderwerp:
Gevolgen van armoede.
Middenstuk: 

Slide 7 - Slide

Begrijpend lezen

Woorden vd week oefenen
Andere tekstsoort
Woordenschat oefenen
Afsluiten met een blooket

Slide 8 - Slide

Start van de les Nederlands
- We beginnen met 10 minuten stillezen.
- Terugblik vorige schrijfles
- Wat gaan we leren? Hoe schrijf je een goede brief
- Wat gaan we doen? Oefenen met schrijven voor het SO. Deze is volgende week dinsdag.

Slide 9 - Slide

Stillezen
Pak je boek. 
Ga lekker stillezen. 
Ik zie je lezen.
timer
10:00

Slide 10 - Slide

Opdracht: gebeurtenis beschrijven
BV, telefoon is weg, Pakjesboot komt niet aan, fiets  is gestolen...

Stel jezelf vooraf de 5w+h-vragen:
– Wat is er gebeurd?
– Wie waren erbij betrokken?
– Waar is het gebeurd?
– Wanneer gebeurde het?
– Waarom gebeurde het?
– Hoe gebeurde het?
• Schrijf je verhaal in de volgorde waarin het gebeurd is, dus van het begin tot het eind. 
Gebruik volgordewoorden, zoals: eerst, daarna, vervolgens, toen, dan, verder, ten slotte.

Hier krijg je 15 minuten de tijd voor. Ben je eerder klaar dan ga je verder lezen in je boek. (stillezen)

Slide 11 - Slide

Zijn er nog vragen over het schrijven van een briefje? Volgende week SO schrijven!!!

Einde les

Slide 12 - Slide