H2.2 Een leven lang leren

• Maatschappijleer
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 3

H2 Jongeren

H2.2  Een leven lang leren

Vandaag gaan we het hebben over:

• Hoe leren wij?
  
• Sociale controle, internalisatie, Identiteit,
• Rolgedrag 

Socialisatie vindt plaats door:

• Informatie en aanwijzingen die je krijgt.
  
• Imitatie van anderen (nadoen)
• Ervaringen (iets mee gemaakt)
• Experimenteren (wat werkt wel en wat niet)

Hoe leren we?

Sociale controle

Mensen in je omgeving letten op hoe jij je gedraagt.

Sociale controle vindt overal plaats. 

• thuis (bv. door je ouders)
• op school (bv. door leraren)
• bij vrienden
• op straat (bv. door de politie)
• etc…

Goed of fout gedrag?

Sancties

Manieren waarop iemand laat merken of je iets goed of fout hebt gedaan

Sancties

Positieve sanctie

Een beloning van gedrag. 

• Een compliment van iemand.
• Loonsverhoging omdat je je werk goed doet.

Sancties

Negatieve sanctie

Een gevolg van negatief gedrag. 

• Strafwerk krijgen.
• Een bekeuring krijgen.

Aangeleerde normen en waarden zijn vanzelfsprekend gedrag geworden.

Sommige dingen die je leert doe je na een tijd zonder erbij na te denken. Dat noem je geïnternaliseerd gedrag.

Internalisatie

Internalisatie

Identiteit

De persoon die jij bent, gevormd door alle kenmerken die bij jou horen en je ervaringen.

Je identiteit wordt gevormd door jou socialisatieproces. Heel belangrijk daarbij zijn groepen die jou gesocialiseerd hebben. Bijvoorbeeld:

• Het land of de woonplaats waar je vandaan komt.
• De jongerencultuur / vriendengroep waar je bij hoort.
• Je geloof

Identiteit

schooltv.nl

Gedrag dat we van elkaar in bepaalde situaties verwachten.

Iedereen heeft verschillende rollen. Op school gedraag je je anders dan thuis, en bij je vrienden of bij je bijbaantje gedraag je je ook weer anders.

Rolpatronen

Rolpatronen

Wanneer je je gedraagt volgens een rolpatroon, dan vertoon je rolbevestigend gedrag.

Roldoorbrekend gedrag

 

Gedrag dat je niet direct bij iemands rol verwacht

Roldoorbrekend gedrag

De normen die bij een man of vrouw horen noemen we gendernormen.

Soms is dat niet fijn omdat je bijvoorbeeld als meisje ook graag gaat skaten en sommige jongens liever naar ballet gaan.

Gendernormen

Sinds de jaren 60 zijn gendernormen aan het veranderen:

• Het verschil tussen typische jongens- en meisjesdingen verandert.
  

Gendernormen

Genderneutraal

Als er helemaal geen onderscheid meer gemaakt wordt tussen vrouwen en mannen.

Als iemand bijvoorbeeld een jongen is, maar zich vanbinnen meer een meisje voelt, dan spreken we over transgender.

Omdat daar soms raar over wordt gedacht, kan dat voor deze persoon soms heel moeilijk zijn.

Transgender

Internalisatie

1. De persoon die jij bent, gevormd door alle kenmerken die bij jou horen en je ervaringen.
2. Mensen in je omgeving letten op hoe jij je gedraagt.
3. Aangeleerde normen en waarden zijn vanzelfsprekend gedrag geworden.
4. Aangeleerde normen en waarden zijn vervreemd gedrag geworden

Gedrag dat je niet direct bij iemands rol verwacht

1. Rolgedrag
2. Roldoorbrekend gedrag
3. Identiteit
4. Internalisatie

Mensen in je omgeving letten op hoe jij je gedraagt.

1. Sociale omgeving
2. Sociale Cohesie
3. Sociale media
4. Sociale controle

De persoon die jij bent, gevormd door alle kenmerken die bij jou horen en je ervaringen.

1. Cultuur
2. Identiteit
3. Negatieve sanctie
4. Internalisatie

Zelfstandig werken                         Extra uitleg? Vragen?

• Lezen H2.2 Een leven lang leren
• Opdrachten maken