Herhaling voor LET 1 V5

Waar gaat het welvaartsvraagstuk over?
1 / 29
next
Slide 1: Open question
MaatschappijwetenschappenMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 5

This lesson contains 29 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Waar gaat het welvaartsvraagstuk over?

Slide 1 - Open question

Samenwerking 
Sprake van ene gezamenlijk doel
Redenen samenwerking: samen staan we sterker (staking) of profiteren van een ander zijn sterke punten(navo), macht van het getal(meerderheid tweede kamer)
Iets opgeven bij samenwerking: tijd, geld, compromisberiedheid
Nodig: onderling vertrouwen, wederzijdse acceptatie

Slide 2 - Slide

Conflict 
eigen doelen bereiken ten koste van anderen
Verschillen in macht spelen een rol

Slide 3 - Slide

Voorbeeld collectieve goederen

Slide 4 - Open question

Voorbeeld private goederen

Slide 5 - Open question

Als je de belasting ontduikt ben je een freerider in het dilemma van collectieve actie
A
Ja
B
Nee

Slide 6 - Quiz

Rationele actor over conflict

Slide 7 - Open question

Conflict paradigma over conflict

Slide 8 - Open question

Sociaal constructivisme over conflict

Slide 9 - Open question

Rationele actor over conflict

Slide 10 - Open question

Rationalisering 
Technische rationaliteit: doelgericht inzetten van middelen om zo efficient en effectief mogelijke resultaten te bereiken
Wetenschappelijke rationaliteit: ordenen en systematiseren van de werkelijkheid met de bedoeling haar voorspelbaar en beheersbaar te maken
Maatschappelijke rationaliteit: Ontwikkelen van organisaties, instellingen, wetten die worden toegepast op de samenleving

Slide 11 - Slide

Wat voor soort rationaliteit is de uitbreiding van de verzorgingsstaat?

Slide 12 - Open question

Macht
Mogelijkheid om hulpbronnen in te zetten om zijn doel te bereiken
Andere actor beperken in zijn mogelijkheden of hem juist meer mogelijkheden geven

Slide 13 - Slide

Machtsbronnen
Affectief
Cognitief
Economisch
Politiek
Informeel vs formeel 

Slide 14 - Slide

Geef een voorbeeld van een politieke institutie

Slide 15 - Open question

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Anarchisme 
Afkeer van macht 
Tegen de overheid, religies, economische systemen, politie, massamedia, grote bedrijven
Mensen zijn van nature goed en gelijkwaardig
Sommige anarchisten kiezen voor strijd om hun idealen na te leven

Slide 18 - Slide

Nazisme 
Ongelijkheid en ongelijkwaardigheid tussen mensen
Geweld en conflict middel om doel te bereiken
Overheid moet beleid voeren om de sterkste mensen te bevoordelen
Ras

Slide 19 - Slide

Conservatisme 
Geweld geen oplossing, maar overheid is oplossing
Overheid moet burgers beschermen en heeft daarvoor macht nodig
Behoudend: normen en waarden van dominante cultuur
Harde straffen
Mensbeeld: verschil in talenten tussen mensen, dus land moet bestuurd worden door elite
Voorstander kleine overheid, vrije markt

Slide 20 - Slide

Staat
Groep mensen
Grondgebied
Geweldsmonopolie
Belastingmonopolie

Slide 21 - Slide

Wat is het verschil tussen externe soevereine macht en interne

Slide 22 - Open question

Wat hebben sociale cohesie en cultuur met elkaar te maken

Slide 23 - Open question

Noem een sociale institutie

Slide 24 - Open question

Slide 25 - Slide

Confessionalisme 
Religie: naastenliefde, samenwerking, harmonie, samenwerking
Burgers betrokken bij elkaar, overheid niet te groot
Maatschappelijk middenveld

Slide 26 - Slide

Fundamentalisme 
één godsdienst heersen, politiek is daaraan ondergeschikt
Religieuze wetten
Binding door het geloof

Slide 27 - Slide

Facisme 
Extreemrechts
Met geweld de macht grijpen, minderheden onderdrukken
Natie wordt verheerlijkt en zorgt voor binding
Cultuur van het volk is suprieur

Slide 28 - Slide

Wat is het verschil tussen de modernistische visie en de nationalistische visie op natievorming

Slide 29 - Open question